woensdag 30 november 2016

Besparen op medicijnengebruik

medicijnen geldPatiënten krijgen de medicijnen die ze voor het eerst gebruiken voortaan voor maximaal 15 dagen mee. Er wordt eerst gekeken of het middel goed werkt, voordat apothekers middelen voor een langere periode meegeven. Als medicijnen meer kosten dan € 1.000,- per maand, worden de eerste 6 maanden niet voor langer dan 1 maand medicijnen meegegeven.

En in het geval van intensieve zorg thuis, bijvoorbeeld in de laatste fase van iemands leven, bepaalt de patiënt (of zijn naasten) met de betrokken zorgverleners welke medicijnen nodig zijn. En welke niet. Maatwerk is daarbij het uitgangspunt.

Met deze afspraken binden patiënten, artsen, apothekers, verpleegkundigen en zorgverzekeraars samen de strijd aan tegen de verspilling van medicijnen. Negen verschillende organisaties hebben hun handtekening gezet onder het ‘Akkoord Afspraken prescriptieregeling’. Minister Edith Schippers: ‘Het is zonde als medicijnen ongebruikt weggegooid moeten worden, zeker als dat door slimmer voorschrijven voorkomen kan worden. Ik ben blij met deze mooie stap.’

In de praktijk
Afgelopen zomer heeft de Stichting Farmaceutische Kerngetallen (SFK) een nulmeting gedaan. Daaruit bleek dat medicijnen bij eerste uitgifte nu nog in meer dan 20% van de gevallen voor meer dan 15 dagen worden meegegeven. In 2017 wordt de meting opnieuw uitgevoerd om te kijken wat de effecten van het akkoord zijn.

Meldpunt Verspilling
Het akkoord is een direct gevolg van het Meldpunt Verspilling dat minister Edith Schippers (Volksgezondheid) heeft ingesteld. Bij dit meldpunt zijn meer dan 22.500 meldingen binnengekomen. Veel van deze meldingen zijn afkomstig van mensen die medicijnen overhouden doordat deze voor te lange tijd worden voorgeschreven.

‘Artsen moeten eerst kijken of een medicijn aanslaat bij een patiënt, dus moeten ze niet 30 stuks voorschrijven. Bij mijn broer waren vaak medicatiewisselingen en hij had dozen van medicatie thuis die hij niet meer hoefde te gebruiken. Zonde voor de verspilling,’ schreef één van de melders.

Het akkoord is ondertekend door: Patiëntenfederatie Nederland, Federatie Medisch Specialisten (FMS), Vrijwillige Palliatieve Terminale Zorg Nederland (VPTZ), Zorgverzekeraars Nederland (ZN), Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV), Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP), Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (VenVN), Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) en Nederlandse Vereniging van ZiekenhuisApothekers (NVZA).

dinsdag 15 november 2016

Verklein de subsidie verschillen op de woonmarkt

Huishoudens met een te hoog inkomen voor een sociale huurwoning zijn aangewezen op het vrije huursegment als ze geen koopwoning kunnen of willen kopen. Dit is financieel onaantrekkelijk, want de vrije huursector is het enige deel van woningmarkt waar de overheid geen financiële ondersteuning biedt. Mede hierdoor woont slechts vijf procent van de Nederlandse huishoudens in het vrije huursegment.

De omvang kan worden vergroot door de subsidieverschillen voor koopwoningen, sociale huurwoningen en vrije huurwoningen te verkleinen. Om het commerciële aanbod van goedkopere huurwoningen te stimuleren, kan daarnaast worden overwogen om commerciële verhuurders uit te sluiten van de verhuurderheffing en nieuwe huurcontracten van commerciële verhuurders te liberaliseren.

Het vraagstuk van de vrije huursector is actueel, gezien de overwegingen om de hypotheeknormen verder aan te scherpen. De vraag of er iets moet gebeuren en welke maatregelen genomen moeten worden, is uiteindelijk aan de politiek. Dit concluderen Stefan Groot, Jan Möhlmann en Arjan Lejour van het Centraal Planbureau (CPB) in de vandaag verschenen Policy brief 'De positie van de middeninkomens op de woningmarkt'.

Huishoudens met een middeninkomen (een inkomen tussen de 35.000 en 50.000 euro) zijn vaker dan andere inkomensgroepen aangewezen op het vrije huursegment. Huurders in het vrije huursegment hebben hogere woonlasten zonder dat er een goede reden lijkt te zijn om deze groep anders te behandelen. Het verkleinen van subsidieverschillen voor de verschillende soorten woningen kan door een verdere afbouw van de hypotheekrenteaftrek. Ook kunnen de sociale huurprijzen meer marktconform worden gemaakt. Een andere mogelijkheid is om juist een subsidie te introduceren in het vrije huursegment. Als dit tegelijk gebeurt met een afbouw van de bestaande subsidies, leidt dit niet tot een toename van de subsidiëring. Anders geven we als samenleving (nog) meer geld uit aan wonen dan economisch gezien optimaal zou zijn.

Er is een tekort aan goedkopere huurwoningen doordat commerciële verhuurders deze woningen beperkt aanbieden. Het is om twee redenen voor commerciële verhuurders niet aantrekkelijk om deze woningen aan te bieden. Ten eerste zijn deze woningen gebonden aan maximale huren. Ten tweede moeten commerciële verhuurders met meer dan tien woningen een verhuurderheffing betalen voor huurwoningen die in aanmerking komen voor huurtoeslag. Vaak wordt gedacht dat er oneerlijke concurrentie ontstaat als de verhuurderheffing alleen voor commerciële verhuurders wordt vrijgesteld. Dat is niet zo, omdat woningcorporaties andere voordelen hebben ten opzichte van commerciële verhuurders. Woningcorporaties worden nu namelijk bevoordeeld via garantstellingen van de overheid en doordat ze vaak lagere prijzen voor bouwgrond hoeven te betalen.

Download hier het rapport: De positie van de middeninkomens op de woningmarkt

maandag 7 november 2016

Veel huizenkopers volgend jaar toch een lagere hypotheek


 Veel mensen kunnen volgend jaar toch minder lenen om een eigen huis te kopen. Positieve berichten over hogere hypotheken blijken lang niet voor iedereen op te gaan. Met name de grote groep huizenkopers die een hypotheek afsluit met een rente onder de 2% kan met ingang van het nieuwe jaar minder lenen. Vereniging Eigen Huis rekende de effecten van de nieuwe hypotheeknormen door.

Minder hypotheek bij lage rente
Veel starters kopen een huis met Nationale Hypotheekgarantie (NHG) en een rentevaste periode van 10 jaar of langer. De maximale hypotheek onder NHG-voorwaarden blijft volgend jaar met 245.000 euro ongewijzigd.

De rente van deze populaire hypotheken ligt vaak onder de 2% en daarmee kunnen kopers volgens de nieuwe normen straks minder lenen. Oorzaak hiervan zijn nieuwe tabellen om de maximale leenmogelijkheden te bepalen. Een lage hypotheekrente zorgt voor een lagere renteaftrek en die heeft invloed op het deel van het inkomen dat maximaal besteed mag worden aan de hypotheeklasten (de woonquote).

Bij een hypotheekrente van 1,75% kan een eenverdiener met een inkomen van Euro 35.000 volgend jaar Euro 8.164 minder lenen dan nu het geval is. Tweeverdieners met een gezamenlijk inkomen van Euro 40.000 kunnen dan bij hetzelfde rentepercentage Euro 9.331 minder hypotheek krijgen, ondanks dat het tweede inkomen voor een iets groter deel mag worden meegeteld.

Dit jaar nog een hypotheek, handel dan snel
Iedereen die nog onder de huidige voorwaarden zijn hypotheek wil afsluiten moet zorgen dat de aanvraag uiterlijk begin december bij de geldverstrekker binnen is. Dan sluiten banken hun loketten om de aanvragen om nog voor 31 december te kunnen afhandelen. Dit jaar kan een huizenkoper een hypotheekaanvraag doen tot 102% van de marktwaarde van de woning, volgend jaar kan maximaal 101% worden geleend. In 2018 loopt dat terug naar 100%. Kopers zullen dus steeds meer eigen geld moeten neerleggen bij de aankoop van een woning.

donderdag 27 oktober 2016

Rentemiddeling

Rentemiddeling kan aantrekkelijk zijn voor woningeigenaren die willen profiteren van de lage actuele hypotheekrente, maar geen eigen geld willen gebruiken om de vergoeding bij vervroegd aflossen te betalen. Of rentemiddeling voordelig is, hangt af van uw specifieke situatie.

In het kort

  • Veel woningeigenaren willen profiteren van de historisch lage hypotheekrente; dat kan door een tussentijdse renteaanpassing.
  • U kunt de destijds overeengekomen renteperiode ineens afkopen en de vergoeding bij vervroegd aflossen (boetrente) met eigen geld afrekenen.
  • Soms is het ook mogelijk om gebruik te maken van rentemiddeling; de afkoopkosten worden dan verrekend in een opslag die bovenop het nieuwe rentetarief komt.
  • Steeds meer banken bieden rentemiddeling aan.
  • Rentemiddeling kan uitsluitend bij uw eigen bank; u kunt uw hypotheek alleen oversluiten naar een andere geldverstrekker als u de afkoopkosten contant afrekent.

Rentemiddeling: alternatief voor oversluiten

Bij rentemiddeling wordt uw huidige hypotheekrente gemiddeld met de lage actuele rente, waardoor uw maandlasten direct dalen. De meeste banken verrekenen de kosten van de tussentijdse renteaanpassing in het nieuwe rentetarief. Er is niet één uniforme berekeningswijze. Steeds meer banken bieden rentemiddeling aan.

Wat u van uw bank kunt verwachten

Niet alle banken bieden rentemiddeling aan. U kunt contact opnemen met uw bank of adviseur om te bespreken wat de mogelijkheden zijn.

vrijdag 23 september 2016

Wat verandert er per 2017 voor de woonmarkt?

 

In het nieuwe jaar wordt een aantal wijzigingen op de huizenmarkt doorgevoerd. Zo gaat het maximaal leenbedrag omlaag, waardoor je meer eigen geld nodig hebt. We hebben de veranderingen voor je op een rijtje gezet. 

Maximale leenbedrag gaat omlaag

Volgend jaar daalt het maximale leenbedrag. Dit wil zeggen dat een nieuwe hypotheek maximaal 101 procent van de marktwaarde van de woning bedraagt. Voor 2016 staat dit nog op 102 procent. Dit betekent dat je straks naast de koopsom van de woning nog maar 1 procent extra kunt lenen voor de financiering van bijkomende kosten, zoals notaris- en makelaarskosten.

Aangezien er meestal zo’n 6 procent aan kosten bijkomen, moet je dus vanaf 2017 zelf ongeveer 5 procent aan eigen geld inleggen. Een uitzondering wordt gemaakt als er sprake is van woningverbetering met energiebesparende voorzieningen.

Verruiming schenkingsvrijstelling eigen woning

Vanaf 1 januari 2017 geldt een schenkingsvrijstelling voor de eigen woning, waarbij iedereen tussen 18 en 40 jaar een schenking vrijgesteld mag ontvangen van €100.000 voor de eigen woning. Deze vrijstelling is (per schenker) eenmalig, maar het is mogelijk om deze verspreid over drie achtereenvolgende kalenderjaren te benutten.

Beperking hypotheekrenteaftrek

Het percentage van de maximale hypotheekrenteaftrek wordt geleidelijk verlaagd van 52 naar 38 procent. Dat gebeurt in 28 jaarlijkse stappen van een half procent. Deze beperking treft alleen huiseigenaren die in de hoogste belastingschijf zitten. De maximale hypotheekrenteaftrek in de hoogste belastingschijf wordt op 1 januari verlaagd tot 50,0%.

Aanpassing NHG-grens

De NHG-grens wordt vanaf 1 januari 2017 jaarlijks op 1 januari gekoppeld aan de gemiddelde huizenprijs. Het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) zal uiterlijk 1 november 2016 de nieuwe kostengrens per 2017 bekendmaken. De huidige kostengrens van € 245.000 geldt tot 1 januari 2017.

Een nieuwe Starterslening

Voor starters op de woningmarkt bestaat er de Starterslening. Het is een samenwerking tussen gemeenten, provincies en woningcorporaties. De eerste drie jaar zijn er bij de Starterslening geen maandlasten. Per 1 oktober zijn er veranderingen in de Starterslening vanwege de gewijzigde regelgeving rond de hypotheekaftrek. Voor de Starterslening was er een overgangsregeling waardoor de aflossing niet verplicht was voor het behoud van de hypotheekrenteaftrek. Deze overgangsregeling loopt per 1 januari 2017 af waardoor ook voor de Starterslening de aflossingseis gaat gelden. Omdat dit verplicht aflossen de voordelen van de Starterslening gedeeltelijk teniet zou doen, was lange tijd niet duidelijk of de Starterslening zou blijven bestaan. Inmiddels is duidelijk dat er een oplossing is in de vorm van een combinatielening. Hier wordt de verplichte aflossing van de Starterslening uit betaald. 

vrijdag 19 augustus 2016

Hogere hypotheek voor tweeverdieners

Vanaf 2017 kunnen tweeverdieners een hogere hypotheek afsluiten dan nu het geval is. Op dit moment telt een tweede inkomen voor de helft mee bij een hypotheekaanvraag. Dat wordt volgend jaar verhoogd naar 60 procent.
 
Dat meldt Vereniging Eigen Huis (VEH) vrijdag.
Volgens de organisatie heeft het ministerie van Financiën dit voorstel ter consultatie voorgelegd aan hypotheekvertrekkers en adviseurs.
Ieder jaar kijkt het ministerie of de regels omtrent de hypotheekleningen aangepast moeten worden. Het voorstel om het tweede inkomen voor een hoger percentage mee te laten tellen is daar een onderdeel van.

Ook wordt er volgens de VEH volgend jaar in sommige gevallen een uitzondering gemaakt voor de loan-to-value, de verhouding tussen de hoogte van de hypotheek en de waarde van het huis. Die is voor dit jaar 102 procent en wordt in 2017 verlaagd naar 101 procent.

De uitzondering geldt voor kopers en eigenaars van huizen die “noodzakelijke verbeteringen voor de veiligheid” nodig hebben. Het gaat dan bijvoorbeeld om funderings- of dakherstel.

Hypotheekvertrekkers en adviseurs kunnen tot 22 september reageren op het voorstel van Financiën. Per 1 januari gaan de nieuwe regels in. 

maandag 15 augustus 2016

Boetevrij aflossen!?

Versneld aflossen van hypotheek moet boetevrij

Banken mogen huizenbezitters met een nieuwe hypotheek niet langer een boete opleggen als ze hun woningschuld versneld willen aflossen, blijkt uit nieuwe Europese regels die geruisloos zijn ingegaan. Maar of banken zich daaraan houden is nog maar de vraag.


 


Voortaan kan een bank alleen nog maar een vergoeding vragen voor de kosten die ontstaan bij versneld aflossen; geen torenhoge boetes meer dus, schrijft het AD. Bijna alle huizenbezitters hebben nu nog hypotheekcontracten waarbij zij flink worden beperkt in het aflossen van hun woningschuld. Afhankelijk van de voorwaarden mag jaarlijks maximaal 10 of 20 procent van het hypotheekbedrag boetevrij worden afgelost.

Daar steekt Brussel nu een stokje voor bij nieuwe hypotheken, tot vreugde van het CDA. Toch wil Pieter Omtzigt weten hoe banken deze nieuwe regels gaan doorvoeren, laat het Kamerlid aan het AD weten. De CDA-er gaat daarom vragen stellen aan het kabinet: de Autoriteit Financiële Markten zou naar aanleiding van de Brusselse-wetgeving namelijk regels voor banken opstellen. Die zijn vooralsnog uitgebleven.

Hypotheek: duur betaald

Veel mensen zitten vast aan een oude hypotheek met een hoog rentepercentage (meer dan 5 procent per jaar). Nu de hypotheekrente historisch laag staat, betalen deze huizenbezitters hoge vaste lasten. Voor hen is verhuizen de enige manier om het hypotheekbedrag drastisch te verlagen. Mochten nieuwe huizenbezitters - met flink wat spaargeld - in dezelfde situatie terechtkomen krijgen zij daar een nieuwe optie bij: boetevrij versneld aflossen.

Overigens stelt de Nederlandse Vereniging van Banken dat de ruimte om kosteloos af te lossen 'voldoende is' voor de meeste huizenbezitters.

Bron: RTLZ

 

woensdag 10 augustus 2016

WOZ stijgt weer

De gemiddelde WOZ-waarde van woningen zit dit jaar voor het eerst sinds 2010 weer in de lift.

Op 1 januari 2016 lag de gemiddelde WOZ-waarde op 209.000 euro, een stijging van 1,5 procent ten opzichte van een jaar eerder, zo maakt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) donderdag bekend. WOZ staat voor Waardering Onroerende Zaken.

De WOZ-waarde wordt bepaald door gemeenten en heeft invloed op de hoogte van een aantal belastingen, waaronder de onroerendezaakbelasting (OZB), de inkomstenbelasting en de rioolheffing.

In 2010 bedroeg de WOZ-waarde nog gemiddeld 242.000 euro per woning. Vervolgens zette een jarenlange daling in. De WOZ-waarde ligt nog wel bijna 14 procent onder het niveau van 2010.
De huizenprijzen zijn al langer bezig met een opmars. De ontwikkeling van de WOZ-waarde volgt die van koopwoningen met ongeveer een jaar vertraging.

Dit komt doordat woningen die op 1 januari tot de woningvoorraad behoren, worden getaxeerd naar de waarde van 1 januari van het voorgaande jaar. Ook huurwoningen worden meegewogen bij de vaststelling van de WOZ-waarde. 

Amsterdam
In Amsterdam steeg de gemiddelde woningwaarde afgelopen jaar met 9 procent het sterkst, van 232.000 euro naar 253.000 euro per woning. Elburg was de grootste daler. Hier ging de WOZ-waarde met 9,2 procent naar beneden.

De provincies Noord-Holland, Limburg en Zuid-Holland lieten afgelopen jaar de sterkste stijging zien, terwijl de gemiddelde woningwaarde in Gelderland en Groningen gelijk bleef.

De gemiddelde WOZ-waarde is het hoogst in de provincie Utrecht met 243.000 euro. Noord-Holland en Noord-Brabant staan met respectievelijk 240.000 euro en 227.000 euro op de tweede en derde plek. Woningen in de provincie Groningen kennen met gemiddeld 155.000 euro de laatste WOZ-waarde.



- Pascal de Roo gebruik makend van bron: NU.nl

donderdag 4 augustus 2016

Sinds 30 jaar goedkoper!

Goederen en diensten voor consumenten zijn voor het eerst in bijna dertig jaar goedkoper geworden dan een jaar eerder.

De inflatie in juli daalde naar min 0,3 procent, maakte het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) donderdag bekend.

De inflatie werd vooral gedrukt doordat voedingsmiddelen, autobrandstoffen en vliegreizen goedkoper werden. Daarentegen was kleding dit jaar in de uitverkoop minder afgeprijsd dan in juli vorig jaar, wat een verhogend effect op het gemiddelde prijspeil had.
Omdat de prijsontwikkeling van energie en voeding sterk fluctueert en de prijzen van alcohol en tabak vaak stijgen door belastingmaatregelen, kijkt het statistiekbureau ook naar de inflatie exclusief deze producten. De inflatie in juli volgens deze maatstaf kwam uit op 0,3 procent. In de voorgaande twee maanden was dit 0,5 procent.

Europese methode
Op basis van de geharmoniseerde Europese meetmethode namen de consumentenprijzen vorige maand af, van min 0,2 procent in juni, tot min 0,6 procent. Daarmee is de inflatie in Nederland nog verder onder het niveau van de eurozone komen te liggen.
Volgens het CBS ligt de prijsstijging in Nederland al langere tijd ''duidelijk'' onder het langjarige gemiddelde van 2 procent. Goederen worden al sinds 2014 goedkoper, terwijl de prijsstijging van diensten vanaf de tweede helft van 2015 steeds kleiner is geworden.

De afgelopen tweeënhalf jaar was de inflatie in vrijwel alle maanden lager dan 1 procent.

Dit is de langste aaneengesloten periode in bijna dertig jaar waarin de inflatie lager was dan 1 procent.



- Pascal de Roo gebruik makend van bron: ANP -

Beter of slechter die nieuwe Europeese hypotheekregels?

Belangrijkste punten van de Europese Hypothekenrichtlijn

De nieuwe richtlijn voor hypotheken is per 14 juli in gegaan. Deze regels bieden meer bescherming voor consumenten met een hypotheek. Op deze pagina lees je wat dit voor jou betekent.

Meer duidelijkheid over de kosten
Geldverstrekkers moeten meer duidelijkheid geven over hun kosten, nu de Europese Hypothekenrichtlijn van kracht is. Deze kosten moeten ze in het European Standard Information Sheet (ESIS) zetten. Dit is informatie die de geldverstrekker aan je moet geven voor of uiterlijk wanneer je de bindende offerte krijgt. Met ESIS kan de consument verschillende kredietproducten goed met elkaar vergelijken.

Hypotheekofferte is bindend en 14 dagen bedenktijd
Vanaf de dag waarop je het bindend aanbod krijgt, heb je 14 dagen bedenktijd om het aanbod te accepteren. Tijdens de bedenktermijn kan de kredietgever het aanbod niet intrekken of wijzigen. De kredietgever kan de voorwaarden niet veranderen of andere voorwaarden toevoegen, die in jouw nadeel zijn. Wijzigingen in jouw voordeel zijn wel toegestaan.

Vergoeding voor vervroegd aflossen hypotheek
Als je vervroegd aflost, oversluit, of rentemiddeling laat toepassen, dan betaal je daar soms voor. De hoogte van dit bedrag mag niet hoger zijn dan het werkelijke financiële nadeel van de kredietgever. Banken en verzekeraars moeten duidelijkheid geven over de berekening van de vergoeding voor vervroegd aflossen. Je kunt hier dus naar vragen bij jouw bank. De vergoeding mag dan geen (verkapte) boete voor de consument inhouden. En de vergoeding kan alleen betrekking hebben op het financiële nadeel van de kredietgever die rechtstreeks voortvloeit uit de vervroegde aflossing. De bank mag jou dus geen misgelopen winst in rekening brengen.

Neem contact op met je aanbieder als je vervroegd wil aflossen.
De aanbieder geeft dan aan welke vergoeding in rekening wordt gebracht bij de vervroegde aflossing van de kredietovereenkomst. De berekeningswijze van deze vergoeding (die niet hoger is dan het nadeel van de aanbieder) moet ook aan jou worden uitgelegd, zodat de berekening voldoende transparant is. Ook moeten daarin voorkomende variabelen voor jou te controleren zijn.

Hypotheekverstrekker moet klant met betalingsproblemen beter helpen
Geldverstrekkers moeten beter hun best doen om jou te helpen als je een betalingsprobleem hebt. De aanbieder moet zorgen voor een zorgvuldige behandeling van jou in deze situaties. Dat kan bijvoorbeeld door vooraf af te spreken wat de regels zijn bij betalingsachterstanden. Ook maatwerk kan belangrijk zijn als je problemen hebt met betalen. Kan je het afgesproken bedrag niet meer betalen, dan mag de aanbieder geen hogere kosten in rekening brengen als vergoeding van de schade die ontstaan is door het niet nakomen van deze betalingsverplichting. De wettelijke rente is bijvoorbeeld een goede maatstaf voor de berekening van de compensatie voor de te late betaling van het krediet. Dit is een belangrijke verbetering voor de consument.

Soms kan een executieverkoop niet voorkomen worden. Het is belangrijk dat de geldverstrekker dan wel probeert om een goede prijs voor jouw huis te krijgen. Als de opbrengst van het huis onvoldoende is om de hypothecaire schuld in te lossen, dan moet de aanbieder met jou een afbetalingsregeling treffen om het resterende bedrag te betalen.




- Pascal de Roo gebruik makend van bron: AFM -

zondag 19 juni 2016

Click - Hypotheek binnen één week

Bij het afsluiten van een hypotheek moet je rekening houden met lange doorlooptijden. Een dergelijke lange termijn werd voorheen voor een groot deel veroorzaakt doordat er stukken over en weer werden gestuurd. Tegenwoordig gebeurt dit veel minder, maar de doorlooptijden zijn nog steeds lang. Digitaal aanleveren en versnelde processen en procedures bij geldverstrekkers kunnen weken besparen. De Rabobank adverteert nu met een hypotheek welke binnen één week af te sluiten is. Vaak wordt dit niet gehaald, of duurt het lang voordat je een afspraak kunt maken, wordt dit ook de trend?


Wij leven niet meer in een tijd dat banken en hypotheekadviseurs met papieren dossiers werken en hypotheken waar handmatig berekeningen op los worden gelaten om de haalbaarheid te toetsen. Indien alle stukken goed aangeleverd worden, moet het afsluiten van een hypotheek lukken binnen één week. Op termijn moet het mogelijk zijn om zelfs binnen 24 uur een hypotheek af te sluiten.

Hypotheek aanvragen: achterstanden bij geldverstrekkers

De processen voor het aanvragen van een hypotheek zijn al versneld bij geldverstrekkers. Door het herstel op de huizenmarkt en de zeer lage hypotheekrentes ontstaat er nu extra vertraging in hypotheekaanvragen door achterstanden bij geldverstrekkers. Er is een ware run ontstaan op hypotheken. Dit wordt mede veroorzaakt door huiseigenaren die hun hypotheek oversluiten. Bij het aanvragen van hypotheken houden hypotheekadviseurs al rekening met de achterstanden bij banken en verzekeraars.

Een vlotte aanlevering van stukken is belangrijk bij de acceptatie van een hypotheek

Bij het afsluiten van een hypotheek gaat er veel tijd verloren met het verzamelen van de stukken. Er worden nogal wat stukken opgevraagd. Het probleem is vaak dat niet alle stukken voorhanden zijn. Het taxeren van het huis kan bijvoorbeeld meerdere dagen in beslag nemen. Ook de door de werkgever in te vullen werkgeversverklaring kan een probleem zijn. Bij een eerste inventarisatiegesprek met de hypotheekadviseur kun je het beste alvast opvragen welke stukken in jouw situatie aangeleverd moeten worden. Door vroeg te beginnen met verzamelen, kun je het proces versnellen.

Een hypotheek afsluiten binnen één dag?

Het acceptatieproces van hypotheken kan tegenwoordig zeer snel verlopen. In theorie moet het mogelijk zijn om een hypotheek binnen één dag af te sluiten. Uiteraard moet het hierbij niet gaan om aanvragen met aandachtspunten. Een starter op de huizenmarkt met een vast inkomen en weinig bijzonderheden kan in principe direct geaccepteerd of afgewezen worden. Een ondernemer waarvan geldverstrekkers eerst de jaarstukken beoordelen is natuurlijk een ander verhaal.

Online hypotheek afsluiten is de toekomst

Online kun je al geldverstrekkers met elkaar vergelijken. Het is zelfs al mogelijk om online te toetsen of het verstandig is om je hypotheek over te sluiten. Binnen een paar jaren zal het gebruikelijk worden om het online afsluiten van hypotheken binnen één week of sneller af te wikkelen. Door slimme online toepassingen zullen de kosten ook lager uitvallen.

Wij verwachten dan ook dat technische applicaties op korte termijn zullen volgen. Wij zijn er op voorbereid!

Hypolach binnen één dag


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Makelaarsland en ZO hypotheken -

dinsdag 7 juni 2016

VAR verklaring verdwijnt

Dit betekent het verdwijnen van de VAR voor jou

De VAR (Verklaring arbeidsrelatie) verdwijnt in 2016. Huur je vanaf 1 mei 2016 een zzp’er in of ben je zelf zzp’er, dan geldt voor jou de nieuwe Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA).

We schreven het al eerder: werkgevers beschouwen zzp’ers steeds vaker als een alternatief voor een vast dienstverband. Ook wordt langere tijd meedraaien in een organisatie steeds normaler. Alleen was volgens de Belastingdienst het onderscheid op de werkvloer tussen medewerkers en zzp’ers niet duidelijk genoeg.

Een nieuwe wet vanaf 1 mei

In het kort komt het erop neer dat het vanaf 1 mei veel duidelijker moet zijn dat een werkgever samenwerkt met een zzp’er. Veel zzp’ers werkten namelijk te veel en te lang voor dezelfde baas. Zij deden hetzelfde werk als loondienstmedewerkers, maar dan zonder de premies voor sociale verzekeringen. Door de nieuwe Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties – verkort: DBA – kan de Belastingdienst makkelijker controleren of iemand een ‘echte’ zzp’er is of niet.

Lees ook
ZZP: wat doe je als je ziek wordt?
Er zijn 3 soorten overeenkomsten

Wat betekent dit in de praktijk? Je VAR-verklaring wordt vervangen voor een modelovereenkomst, die zowel jijzelf als je opdrachtgever ondertekenen. In een modelovereenkomst staat dat het gaat om een werkovereenkomst tussen een opdrachtgever en een zzp’er, en niet tussen een opdrachtgever en een medewerker in loondienst. Ook bevat de overeenkomst regels waar je als opdrachtgever en als zzp’er aan moet voldoen.

Er zijn drie soorten overeenkomsten:

Algemene modelovereenkomsten
Een algemene modelovereenkomst kun je gebruiken wanneer je bijvoorbeeld via een intermediair werkt en er geen direct toezicht is. Deze is opgesteld door de Belastingdienst, VNO-NCW en MKB Nederland.

Modelovereenkomsten voor branches en beroepsgroepen
Er zijn overeenkomsten die voor een specifieke branche of beroepsgroep zijn opgesteld; van bouwvakker tot huisarts en van architect tot kunstenaar. Om een voorbeeld te geven: in overeenkomst voor de bouw staat dat een zzp’er geen bedrijfskleding van zijn opdrachtgever mag dragen. Hij moet zijn eigen kleding dragen. En hij mag alleen gebruik maken van zijn eigen gereedschap. Ander voorbeeld: een zzp-vervoerder mag niet zomaar in een vrachtwagen van zijn opdrachtgever rijden.

Zolang je gebruik maakt van 1 van de modelovereenkomsten van de Belastingdienst, weet je opdrachtgever zeker dat er geen sprake is van loondienst. Hij hoeft dan geen loonheffingen in te houden en te betalen.

Individuele overeenkomsten
De werkgever en zpp’er kunnen in onderling overleg ook een eigen overeenkomst opstellen en laten beoordelen door de Belastingdienst. Goedkeuring door de Belastingdienst is overigens niet verplicht. Toch kan het wel verstandig zijn. Zo voorkom je bijvoorbeeld dat je achteraf alsnog loonheffing moet betalen.

Geen garantie

Vanzelfsprekend moet je je in de praktijk natuurlijk wel aan de afspraken in de overeenkomst houden. De Belastingdienst kan controleren op de feitelijke situatie op de werkvloer. Is er toch twijfel of overtuiging van een dienstverband, dan kan je opdrachtgever een boete en naheffingen krijgen. Deze heffingen kan hij voor een deel op jou verhalen.

De Belastingdienst stelt de komende tijd meer verschillende modelovereenkomsten op. De nieuwe regels gaan officieel vanaf 1 mei 2016 in. Er geldt een overgangsfase van een jaar.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: CB -

zondag 5 juni 2016

Banken traag bij hypotheekdossiers

Woningmarkt zorgt voor traagheid bij de hypotheekverstrekking door banken. Soms dreigen boetes voor huizenkopers of gaat het huis aan hun neus voorbij.
Dit schrijft de NOS op basis van een rondgang langs partijen in de markt.

Hans André de la Porte, woordvoerder bij Vereniging Eigen Huis (VEH), vertelt dat banken problemen hebben over te schakelen van hypotheekadvies, waar ze in de crisis op concentreerden, naar het in behandeling nemen van hypotheekaanvragen.

Voor zzp’ers duren de aanvragen nog langer doordat er ook meer documenten moeten worden beoordeeld.

De woningmarkt in vooral Amsterdam en Utrecht trekt enorm aan. Zo werden in de eerste drie maanden van dit jaar een vijfde meer woningen verkocht. De gemiddelde huizenprijs steeg met 5,5 procent vergeleken met dezelfde periode een jaar eerder.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: NU.nl -

vrijdag 20 mei 2016

Heeft het energielabel waarde?

In januari 2015 werden alle Nederlandse woningen voorzien van een voorlopig energielabel. Een gratis label dat de energiezuinigheid inschat op basis van openbare Kadaster gegevens en dat door de woningeigenaar bij verkoop van de woning wordt aangevuld en omgezet in een definitief energielabel. Een jaar na dato bestudeerden de onderzoekers van het TIAS VastgoedLAB op grote schaal het effect dat deze nieuwe generatie energie-labels hebben gehad bij de verkoop van koopwoningen.

Onze resultaten laten zien dat het nieuwe label in haar debuutjaar heeft gezorgd voor een prijsdifferentiatie van ruim €36.000 bij de verkoop van gemiddelde Nederlandse koopwoningen. Een prijseffect dat wordt gemeten na zorgvuldige correcties voor andere prijsbepalende woningkenmerken zoals locatie, oppervlakte en leeftijd van de woning. Gunstig gelabelde doorsnee woningen werden verkocht tegen een groene premie van ongeveer €7.000, terwijl een ongunstig G-label de transactieprijs met ruim €29.000 wist te drukken. Resultaten die laten zien dat consumenten de kosten van hoge energierekeningen nog steeds zwaar laten meewegen bij de aankoop van hun volgende woning.

Om de impact van het nieuwe energielabel in de koopwoningmarkt zorgvuldig te duiden, hebben wij gebruik gemaakt van grootschalig datafusie. Zo zijn de 2015 transactiecijfers van de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) gekoppeld aan de energielabelgegevens van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Hiermee is een uniek en gedetailleerd overzicht ontstaan van maar liefst 82.829 woningen die in 2015 zijn verkocht.

De resultaten laten zien dat de adoptie van het energielabel enorm is gestegen van 15% in 2014 tot 76% in 2015. Verder blijkt dat gelabelde energiezuinigheid de verkoop versnelt en de opbrengst gunstig beïnvloedt. Dit zijn effecten die vergelijkbaar zijn met resultaten op basis van het oude energielabel. Wilt u meer lezen over de resultaten van dit nieuwe definitieve label?

Lees dan het hele verslag.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Tias -

donderdag 19 mei 2016

Ontwikkelingen op de woningmarkt

Huizenprijzen stijgen ook in 2017

De Nederlandse koopwoningmarkt groeit verder in 2016 en 2017. De huizenprijzen stijgen van 3,5 tot 5,5% in 2016 naar 5 tot 7% in 2017. Desondanks blijft de betaalbaarheid van koopwoningen goed.

"Lage hypotheekrente, meer banen, hoger vertrouwen"

De vraag naar koopwoningen neemt onder meer toe door:

-hypotheekrente blijft in 2016 en 2017 naar verwachting laag
-groeiende werkgelegenheid
-hoger vertrouwen
-stijgende koopkracht
-huizen met een hypotheek komen ‘boven water’

Hierdoor verwachten wij een verdere toename van de woningverkopen en een steeds minder ruime markt. Ook speelt mee dat er relatief weinig nieuwbouwwoningen worden gebouwd. Alles bij elkaar leidt dit tot stijgende huizenprijzen.

Betaalbaarheid blijft goed

De stijgende huizenprijzen zijn vooral gunstig voor huizenbezitters met een hypotheek die hoger is dan de waarde van hun woning. Een deel hiervan komt boven water en krijgt daardoor meer bewegingsvrijheid. Voor starters zijn de hogere prijzen juist ongunstig. Omdat de prijzen harder stijgen dan de inkomens, neemt de betaalbaarheid af. Maar in historisch perspectief blijft de betaalbaarheid van koopwoningen dit en volgend jaar ook voor starters goed.

Regionale verschillen blijven fors. In de steden is de markt alweer behoorlijk krap. Vooral in Amsterdam en Utrecht kan de betaalbaarheid van koopwoningen door sterke prijsstijgingen onder druk komen te staan. In het landelijke gebied is er nog relatief veel keuze.

Mogelijk recordaantal huizenverkopen

Voor dit jaar verwachten wij 190.000 tot 210.000 verkopen om vervolgens in 2017 verder toe te nemen naar 200.000 tot 220.000. Het is dus mogelijk dat het recordaantal van 206.000 huizenverkopen uit 2006 wordt overtroffen.

Bijna een kwart meer verkopen in eerste kwartaal 2016

Ten opzichte van het eerste kwartaal in 2015 stegen de woningverkopen relatief sterk met 24% en de huizenprijzen met 4%. De groei in eerste kwartaal van 2016 was daarmee hoger dan verwacht.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Rabobank -

donderdag 12 mei 2016

Wat nu als er een fout wordt gemaakt in de vragenlijst? Verkoop van een woning

Bij de verkoop van een woning maakt verkoper vaak gebruik van de vragenlijst. Deel A van de vragenlijst is bestemd voor verkoper en stelt onder meer vragen over de huidige financiering van de woning. Deel A is alleen bestemd voor verkoper en zijn makelaar. Deel B is bestemd voor koper. In Deel B worden vragen gesteld over de (bouwkundige) toestand van de woning.

Wat nu als er een fout wordt gemaakt in de vragenlijst?

Er staat bijvoorbeeld in de vragenlijst vermeld dat er in de woning sprake is van vloer- en muurisolatie, maar na het transport blijkt dat er in de woning maar gedeeltelijk vloer- en muurisolatie aanwezig is.

In 2010 speelde deze vraag bij het hof Leeuwarden. Koper kocht een jaren dertig boerderij met een gastenverblijf. In de vragenlijst heeft verkoper bij de vraag of er isolerende voorzieningen zijn aangebracht, aangegeven dat er sprake is van vloer- en muurisolatie.

Ná het transport blijkt echter dat niet alle vloeren en muren geheel geïsoleerd zijn. Zo blijkt dat de isolatie ontbreekt bij de vloeren van het gastenverblijf. Eveneens ontbreekt vloerisolatie bij een deel van de slaapkamer boven de huiskamer. Koper is van mening dat verkoper in de vragenlijst de garantie heeft afgegeven dat de vloeren en muren geheel geïsoleerd zijn. Nu dit niet het geval blijkt te zijn, eist koper dat verkoper de kosten voor de na-isolatie voor zijn rekening neemt.

Vragenlijst geeft geen garanties

Volgens het hof gaat het om de vraag of koper er op basis van de antwoorden uit de vragenlijst vanuit mocht gaan dat de muren en de vloer van de boerderij en het gastenverblijf volledig geïsoleerd waren. Volgens het hof is dit niet het geval. Op basis van de tekst in de vragenlijst volgt niet meer dan dat verkoper ermee bekend is dat er vloer- en muurisolatie is aangebracht. Volgens het hof beoogt de vragenlijst geen garanties te geven, maar heeft de vragenlijst slechts een informatieve strekking: verkoper deelt koper mee wat hem bekend is omtrent de woning. De vragenlijst geeft vorm, inhoud en structuur aan de mededelingsplicht van verkoper.

Verkoper is niet aansprakelijk voor de fout in de vragenlijst.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: NVM -

dinsdag 26 april 2016

Pas op met lange rentevaste periode


De hypotheekrentes zijn op dit moment ontzettend laag. Ongetwijfeld de reden dat steeds meer mensen kiezen om hun hypotheekrente lang vast te zetten. Hoewel de 10-jaars vaste rente (± 45% van alle aanvragen) onverminderd populair is, wordt op dit moment een op de drie hypotheken afgesloten met een rentevaste periode van 20 jaar of langer.

Gezien de huidige, lage rente lijkt dit een logische keuze. Echter de meeste mensen blijven geen 20 jaar in de woning wonen. Het niet volmaken van de renteperiode is zonde van het geld, omdat de prijs van een 20-jaarsrente gemiddeld zo’n 0,7% duurder is dan een 10-jaarsvaste rente. Maakt u de 20-jaars periode niet vol, dan heeft u te veel betaald.

Voorbeeld: Stel dat u een annuïteitenhypotheek afsluit van 200.000 euro met een 20-jaars vaste rente van 2,5%. De 10-jaars rente bij dezelfde bank bedraagt op dit moment 1,9%.

Na 10 jaar besluit u te verhuizen en u verkoopt uw huidige woning. Daarmee lost u de hypotheek af. Gedurende deze 10 jaar heeft u bijna 44.000 euro aan rente betaald. Zou u de hypotheek voor 10 jaar hebben vastgezet dan zou u ‘maar’ 33.000 euro aan rente betaald hebben. U heeft op dat moment 11.000 euro te veel aan rente betaald. Een bedrag dat u beter had kunnen besteden aan de aflossing, toch?

“Maar de hypotheek kan toch worden meegenomen naar een andere woning?”, zult u denken.

Verhuisregeling
Sommige hypotheken kunnen inderdaad worden meeverhuisd naar de nieuwe woning. Maar daar horen wel voorwaarden, of te wel spelregels bij. In de dagelijkse praktijk merk ik dat de vraag: “Kan de hypotheek worden meeverhuisd?”, veelvuldig wordt gesteld. Wanneer als antwoord “Ja, dat is mogelijk” wordt gegeven, dan wordt er niet gevraagd naar de spelregels voor verhuizen. Vaak zijn deze niet eens bekend!

Ontdek de spelregels
Sluit u een hypotheek af met een (zeer) lange rentevaste periode, dan is het verstandig om vooraf niet alleen te onderzoeken of de hypotheek verhuisbaar is, maar ook welke condities en voorwaarden hierop van toepassing zijn.

Zorg ervoor dat u (minimaal) de antwoorden op de volgende vragen weet:

* Is de kans aanwezig dat ik ga verhuizen voor het einde van de rentevaste periode?

* Welke koop/verkoopvolgorde is van toepassing om gebruik te kunnen van de verhuisregeling, moet de oude woning eerst verkocht zijn?

* Hoelang mag er zitten tussen de verkoop en aankoop van een nieuwe woning?

* Bestaat de kans dat u bij verhuizing niet meer in loondienst werkzaam bent? En wat is het beleid voor ondernemers bij die bank?

* Welke voorwaarden gelden wanneer de hypotheek verhoogd moet worden. Heeft u dan weer de keuze uit alle rentemogelijkheden en aflosvormen?

* Is uw hypotheek nu met NHG, verstrekt de bank ook hypotheken zonder NHG?

* Is u hypotheek nu met NHG, welke opslag krijgt u wanneer de volgende hypotheek zonder NHG zou zijn?

* Is uw hypotheek nu met NHG, zou ik bij die bank ook in aanmerking komen voor een hypotheek zonder NHG?


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Telegraaf -

dinsdag 12 april 2016

Kosten hypotheek financieren

Op 08 april jl. waarschuwt de AFM dat het risicovol is voor consumenten als zij een krediet afsluiten om de kosten voor het afsluiten van een hypotheek te betalen. De bijkomende kosten worden dan gefinancierd met een consumptief krediet.

Maximale hypotheek

Per 01-01-2016 kunnen consumenten een hypotheek afsluiten van maximaal 102% van de woningwaarde. Bij de aanschaf van een woning van € 250.000,- kan dus maximaal € 255.000,- middels een hypothecair krediet geleend worden.

Zelf betalen

De kosten koper bedragen ongeveer 4%. Deze bestaan o.a. uit overdrachtsbelasting (2%), notariskosten, taxatiekosten en afsluitkosten. Consumenten moeten dus alle kosten behoudens de overdrachtsbelasting zelf betalen.

Financieren met consumptief krediet

Nu kan het financieel interessant zijn om ook de kosten voor de overdrachtsbelasting (€ 5.000,-) middels een consumptief krediet te financieren en dit te gebruiken voor verlaging van de hypotheekschuld. Thijs Berndsen illustreert dit met het volgende voorbeeld:
  • Aankoop woning: € 250.000,-
  • Overdrachtsbelasting: € 5.000,-
  • Maximale hypotheek (o.b.v. 102%) bedraagt: € 255.000,-
De hypotheekrente 10 jaar vast bij Delta Lloyd bedraagt (per 08-04-2016):
  1. bij 102% financiering: 3,15%
  2. bij 100% financiering: 2,80%.

En lagere maandlasten

Maandlast situatie 1 (102% financiering)
Uitgaande van een hypotheekrente van 3,15% over € 255.000,- en rekening houdend met een annuïtair aflosschema met een looptijd van 30 jaar bedraagt uw maandelijkse bruto last: € 1.096,-

Maandlast situatie 2 (100% financiering incl. consumptief krediet)
Uitgaande van een hypotheekrente van 2,80% over € 250.000,- en rekening houdend met een annuïtair aflosschema met een looptijd van 30 jaar bedraagt uw maandelijkse bruto last: € 1.027,-
Indien u kiest voor een 1% consumptief krediet dan bedraagt de last voor het krediet € 50,- per maand. De totale last bedraagt daardoor € 1.077,- per maand.

En snellere aflossing

Naast het feit dat u goedkopere maandlasten heeft lost u de totale schuld ook sneller in. Het krediet lost u namelijk in 11 jaar af zodat er na 11 jaar nog een hypotheekschuld overblijft van € 174.132,-De hypotheekschuld in situatie 1 bedraagt na 11 jaar nog € 180.490,-.

Conclusie

Het kan in sommige situaties zeker lonen om de “topverstrekking” van een hypotheek middels een consumptief krediet te financieren. Dit kan zelfs leiden tot lagere maandlasten en het sneller aflossen van de hypotheekschuld. Het eenzijdige en angstige beeld dat de AFM schetst is daarom onterecht.

donderdag 17 maart 2016

Wat is jouw mening over de woonmarkt?


Rente blijft belangrijkste aanjager

Ruim 50 procent van de consumenten vindt het nu een gunstige tijd om een woning te kopen. De lage hypotheekrente is voor 75 % van deze consumenten daarvoor de belangrijkste reden. Een kleine 40 procent denkt dat de rente het komende jaar gelijk blijft, terwijl bijna 30 procent juist denkt dat de hypotheekrente weer zal stijgen.

Niet iedereen positief

Niet iedereen is positief over de woningmarkt. "Eén op de 10 consumenten vindt het nog steeds een ongunstige tijd om een woning te kopen", aldus beleidsadviseur Woningmarkt Maarten Eeke van der Veen. "Belangrijke redenen die zij daarvoor geven zijn de slechte economische situatie en het inkomen dat onder druk staat. Ook vindt 20 procent dat woningen slechter betaalbaar worden door de stijgende huizenprijzen"

Woningaanbod wordt krapper

Mensen die de afgelopen jaren op zoek waren naar een eigen huis konden kiezen uit een ruim aanbod van te koop staande woningen. Die situatie is snel aan het veranderen. In 2012 was nog 75% van de huizenzoekers van mening dat het aanbod aan koopwoningen ruim was, nu is dat gedaald naar 47%. Dit is een indicatie dat de woningmarkt op veel plaatsen snel krapper wordt.

Verdere prijsstijging verwacht

Bijna driekwart van de consumenten verwacht dat de huizenprijzen in het komende jaar zullen stijgen. Een jaar geleden was dit percentage nog 57 procent. Nog maar 2 procent denkt dat de huizenprijzen gaan dalen.

Krappe woningmarkt

De toegenomen dynamiek op de woningmarkt is vooral zichtbaar in de grote steden en heeft een olievlekwerking naar omliggende gebieden. Het nieuwbouwaanbod kan de toegenomen vraag niet bijbenen, waardoor de krapte alleen maar zal toenemen. "Uit verschillende onderzoeken blijkt dat er op jaarbasis behoefte is aan rond de 85.000 nieuwbouwwoningen. Dat aantal wordt al jaren niet gehaald", aldus Maarten Eeke van der Veen. De toenemende vraag naar woningen en het achterblijvende (nieuwbouw)aanbod leidt in een aantal gebieden tot snelle prijsstijgingen. Voor huiseigenaren die hun woning willen verkopen is dit weliswaar een goed bericht, maar voor kopers levert dit problemen op.

Wat vind jij?

Kopen, verhuizen, blijven zitten of toch maar eerst eens om je heen kijken?

- Pascal de Roo gebruik makend van bron: VEH -

maandag 7 maart 2016

Grote uitgaven in een mensenleven vallen nu soms ongelukkig samen.







Volgens het Centraal Planbureau (CPB) maakt het huidige beleid rond pensioenen en de eigen woning het voor veel mensen lastig om bestedingen meer te spreiden over hun levensloop.

Dertigers en veertigers kampen vaak met hoge hypotheeklasten en zijn tegelijkertijd een aanzienlijk deel van hun inkomen kwijt aan het opbouwen van pensioen.

Die timing lijkt onhandig, aangezien mensen meestal meer gaan verdienen naarmate ze ouder worden. Daarbij hebben jonge gezinnen vaak te maken met extra kosten doordat ze thuiswonende kinderen hebben.
CPB-directeur Laura van Geest opperde maandag een aantal maatregelen om deze situatie te verbeteren. Nu moeten mensen bijvoorbeeld verplicht hun volledige hypotheek aflossen om in aanmerking te komen voor hypotheekrenteaftrek.

Tussenoplossing

Maar een tussenoplossing waarbij mensen maar de helft van hun hypotheek hoeven af te lossen en dan ook minder belastingvoordeel van de hypotheekrenteaftrek krijgen, zou jonge huizenbezitters volgens het CPB meer bestedingsruimte kunnen geven.

Een andere optie is het invoeren van meer keuzevrijheid op het gebied van pensioenen. Het CPB denkt dan bijvoorbeeld aan mogelijkheden om te sleutelen aan de mate waarin iemand pensioen opbouwt in bepaalde fases van zijn leven. Jonge mensen zouden dan bijvoorbeeld minder premie hoeven te betalen.

Beschermen

Het beleid waar het planbureau kritiek op heeft, is overigens door de overheid bedoeld om burgers te beschermen. ''Maar ook de overheid werkt niet vanuit een grand design'', schrijft het CPB in een beschouwing bij zijn jongste economische ramingen. ''Beleid wordt op beleid gestapeld en de samenhang lijkt soms wat uit het oog verloren.''
Een en ander maakt ook Nederland als geheel kwetsbaar, waarschuwen de rekenmeesters van het CPB. ''Aan de ene kant hebben we enorme pensioenvermogens die blootstaan aan de risico’s op de financiële markten; aan de andere kant hebben we enorme schulden in de vorm van hypotheken.''
Het gaat wel om een heel complexe problematiek, waarin de politiek een aantal belangrijke keuzes zal moeten maken. ''Geen onderwerp voor een achternamiddag'', erkent het CPB. ''Maar misschien wel om een begin mee te maken in een nieuw regeerakkoord.''


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: NU.nl -

dinsdag 1 maart 2016

Nieuwe werkwijze hypotheekbanken

Nieuwe hypotheekregels

Onder druk van de Europese Unie treden per 21 maart in ons land nieuwe hypotheekregels in werking. Dat heeft positieve gevolgen voor u als huizenkoper, maar er zijn ook nadelen.



Wilt u weten welke?

Heeft u uw droomhuis op het oog en bent u van plan om binnenkort een hypotheekofferte aan te vragen, dan krijgt u waarschijnlijk al te maken met de nieuwe hypotheekregels. Deze regels zijn grofweg van belang voor de hypotheekofferte en de boeteberekening.

Veranderingen hypotheekofferte

Na 21 maart verdwijnt de voorlopige hypotheekofferte. Hypotheekverstrekkers moeten meteen een concreet en bindend aanbod doen. Dat betekent dat zij eerst alle benodigde stukken, zoals onder meer uw inkomen, duidelijk in beeld moeten hebben. Die gegevens worden gecontroleerd. Pas daarna volgt een officiële offerte. Geldverstrekkers krijgen wel de mogelijkheid om een niet-bindende aanbiedingsbrief uit te brengen.

Boeterente op de schop

In de nieuwe situatie verandert de berekening voor boeterente bij vervroegd aflossen of het oversluiten van uw hypotheek. Geldverstrekkers mogen na 21 maart alleen de werkelijke kosten in rekening brengen. De boete mag nooit hoger zijn dan de kosten. Dit is van positieve invloed op een oversluiting of een rentemiddeling.t

Voordelen:

U heeft de zekerheid dat uw hypotheek altijd rondkomt. Het aanbod mag niet worden ingetrokken of gewijzigd.

Nadelen:

Het duurt langer voor uw hypotheekrente vastligt, snel beslissen bij stijgende rente is daardoor moeilijker.
Een taxatierapport is altijd verplicht, ook bij kleine hypotheken.

Wat verandert er nog meer?

Door de nieuwe Europese richtlijnen bent u als consument beter beschermd door:

Scherpere toetsing van uw kredietwaardigheid;
Meer bescherming bij betalingsachterstand of gedwongen verkoop van uw huis;
Standaard informatieblad bij offerte, zodat u uw aanbod Europees kunt vergelijken.

De nieuwe hypotheekrichtlijn (Mortgage Credit Directive) moet uiterlijk 21 maart in de wetgeving van alle Europese lidstaten van kracht zijn.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: de hypotheekadviseur -

dinsdag 23 februari 2016

Woekerpolis




Goed nieuws voor de huizenbezitters met een woekerpolis. Het klachteninstituut Kifid veroordeelde Achmea tot een schadevergoeding van € 20.000. Een eerdere tegemoetkomingsregeling van Achmea bedroeg € 2.000. Dat bedrag is nu vertienvoudigd. Volgens advocaat Adriaan de Gier van Wakkerpolis is deze uitspraak ook van toepassing op woekerpolishouders van Nationale Nederlanden en ASR. Het gaat dan om 500.000 klanten, met een gemiddelde schade van € 8.000 tot € 10.000. Ik ben van mening dat ook andere maatschappijen woekerpolissen hebben verkocht.

De vraag is nu wat precies een woekerpolis is. Ik zal dit aantonen door middel van een fictief voorbeeld, waarbij het volgende van toepassing is:

Huidige hypotheek: € 180.000
Waarde woning: € 160.000
Ingangsdatum polis 1-7-2002
Einddatum polis 1-7-2032
Maandpremie: € 150 (jaarpremie: € 1.800)
Premie looptijd: € 54.000
Prognose bij 8%: € 90.000
Dekking bij overlijden € 90.000
Waarde per 1-1-2016: € 15.000
Betaalde premies tot 1-1-2016: € 24.300

Vanaf de begindatum (1-7-2002) tot 1 januari 2016 is er totaal € 24.300 betaald aan premie. De opgebouwde waarde is slechts € 15.000. Van dit soort getallen wordt niemand vrolijk. De oorzaak is de premie voor de overlijdensdekking.

Het volgende is aan de hand:

Jaar 2012: jaarpremie overlijdensdekking: € 1000
Jaar 2013: jaarpremie overlijdensdekking: € 1100
Jaar 2014: jaarpremie overlijdensdekking: € 1200
Jaar 2015: jaarpremie overlijdensdekking: € 1300

De premie voor de overlijdensdekking wordt bepaald door het verzekerd bedrag (€ 90.000) minus de opgebouwde waarde (€ 15.000). Hierna wordt er gekeken naar de leeftijden van de verzekerde personen. Er is sprake van een tabel waarbij de premie voor de overlijdensdekking ieder jaar hoger wordt omdat iemand ouder wordt. Als de opgebouwde waarde achterblijft (dit is van toepassing bij honderdduizenden polissen) bij de berekening die in 2002 als uitgangspunt is genomen, moet er steeds meer betaald worden voor de premie van de overlijdensdekking. Er ontstaat een heel naar scenario. De eindwaarde van deze polis kan nihil zijn, omdat er ieder jaar € 100 bijkomt. Dit betekent dat in het jaar 2020 voor de overlijdensdekking € 1.800 wordt betaald. Dit is precies de jaarpremie van de polis.

Na 2020 gaat het echte opeet-scenario beginnen. In 2021 is de betaalde jaarpremie van € 1800 niet meer voldoende om de overlijdensdekking van € 1.900 te betalen. Het meerdere ad € 100 zal de maatschappij dan van de opgebouwde waarde halen.

Het Kifid oordeelde dat Achmea haar klant onvoldoende had geïnformeerd over de hoogte van overlijdensrisicopremies en het zogenoemde hefboomeffect.

Ik kan u vertellen dat geen enkele maatschappij met wie ik zaken deed mij in het verleden over dit opeetscenario / hefboomeffect heeft ingelicht. Ik heb het helaas zelf moeten ontdekken. Het is wel tijd om even uw lopende woekerpolis te controleren. Dan levert uw woekerpolis misschien toch nog wat op.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: homefinance.nl

maandag 8 februari 2016

Opmars woningmarkt houdt aan




De opmars van de woningmarkt komt dit jaar nog niet ten einde. Dat voorspelde het economisch bureau van Rabobank dinsdag, in navolging van andere marktvorsers. 

De huizenprijzen en het aantal verkopen blijven in de lift zitten, aldus de bank.
''Mensen hebben nog steeds het gevoel dat huizen goedkoop zijn'', zegt Rabobank-econoom Paul de Vries. ''Daarbij is de rente nog erg laag, waardoor mensen denken dat ze nu hun slag moeten slaan omdat de rente weer omhoog kan gaan.''

Wat volgens de deskundige ook meespeelt is dat er de laatste tijd meer huizen worden verkocht dan er te koop worden gezet. Het aanbod aan koopwoningen slinkt dus, wat prijsverhogend werkt.

Rabobank denkt zelfs dat de huizenprijzen dit jaar iets harder kunnen oplopen dan vorig jaar. De bank voorspelt dat woningen gemiddeld 2,75 tot 4,75 procent duurder worden. Dat is meer dan de groei van 2,8 procent die Rabobank afgelopen jaar signaleerde.

Betaalbaarheid
Een en ander zorgt ervoor dat de betaalbaarheid van huizen naar verwachting voor het eerst sinds 2008 iets afneemt, aldus De Vries. Doordat de huizenprijzen door de bank genomen harder stijgen dan het huishoudinkomen zullen de maandlasten voor kopers dit jaar voor het eerst weer iets duurder uitvallen dan in het voorgaande jaar.

De woningverkopen laten al enige tijd krachtig herstel zien. Wat betreft het aantal transacties zal de groei dit jaar waarschijnlijk iets afzwakken vergeleken met vorig jaar, voorziet De Vries. Hij denkt dat het aantal verkochte woningen in 2016 uitkomt op 180.000 tot 200.000.



- Pascal de Roo gebruik makend van bron: nu.nl -

woensdag 3 februari 2016

Particuliere beleggers letten op kosten

Particuliere beleggers zijn zich meer bewust van de kosten die zij bij het beleggen maken.

Ze kunnen de kosten die dienstverleners rekenen steeds beter met elkaar vergelijken.

Het provisieverbod heeft de kosten van beleggen inzichtelijker gemaakt, meldt toezichthouder Autoriteit Financiële Markten (AFM) op basis van een onderzoek onder 632 beleggers.

"Steeds meer beleggers realiseren zich dat hoge kosten een behoorlijke impact kunnen hebben op het netto rendement", schrijft de AFM. Ze zijn daarom meer gaan letten op zowel het rendement, als de kosten en risico's.

Manager toezicht bij AFM Rudy van Leeuwen noemt het een goede ontwikkeling dat consumenten "meer en meer ook op de kosten letten". "Samen met het risico dat een consument kan en wil lopen, bepaalt dit uiteindelijk zijn rendement", stelt Van Leeuwen.

Sinds 1 januari 2013 mogen adviseurs, bemiddelaars en aanbieders van financiële producten geen provisie meer rekenen. Dat was de beloning die zij ontvingen van een bank of verzekeraar na het verkopen van een product. Sindsdien betalen consumenten hun adviseur rechtstreeks.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: nu.nl -

donderdag 14 januari 2016

De cijfers over de woonmarkt - 4e kwartaal 2015

Woningmarkt Haaglanden volop in beweging!

De NVM kende in het 4e kwartaal van 2015 een nieuw record wat betreft het aantal geregistreerde transacties. De vereniging registreerde 40.158 verkopen van bestaande koopwoningen, 15% meer dan het jaar ervoor. Op de totale bestaande koopwoningmarkt gaat het naar schatting om totaal 52.000 transacties. De laatste vier kwartalen registreerde de NVM in totaal meer dan 142.000 transacties van bestaande koopwoningen bij haar makelaarsondernemingen. Dat komt neer op ruim 185.000 transacties voor de gehele markt, zoals de NVM voorspelde. De transactieprijs van woningen is in het 4e kwartaal 2015 verder gestegen. Vergeleken met een kwartaal eerder bedraagt de prijsstijging in Nederland 1,8%, de prijsontwikkeling in vergelijking met een jaar eerder is gestegen met 5,0%. De prijs van de gemiddeld verkochte woning ligt nog bijna 10% onder het niveau bij de start van de crisis, maar inmiddels wel 10% hoger dan op het dieptepunt. De dalende tendens bij het aanbod van koopwoningen houdt volgens de NVM aan. Er staan halverwege het 4e kwartaal 2015 ruim 128.000 woningen in aanbod bij NVM-makelaars (totale markt: 168.000). Er is sprake van een doorgaande daling, in vergelijking met een jaar geleden staat er bijna 14% minder in aanbod.

Ook de aantal verkopen van nieuwbouwwoningen blijft groeien. Ten opzichte van 2014 zijn er in 2015 36% meer nieuwbouwwoningen verkocht. Ook hier daalt het aanbod.

Mede door de te verwachte aanhoudende lage hypotheekrente en het afnemende aanbod, is de verwachting dat de huizenverkopen in 2016 verder zullen stijgen van 8% tot 10%. De NVM verwacht komend jaar een gemiddelde prijsstijging van gemiddeld 3% tot 4%.

27,1% van alle transacties in Haaglanden wordt begeleid door een NVM-aankoopmakelaar. Landelijk is dit percentage 16,1%.

De cijfers
In de Gemeente Den Haag zijn er in het 4e kwartaal 2015 15,3% meer woningen (1.300 woningen) verkocht t.o.v. het 4e kwartaal 2014. T.o.v. van het voorgaande kwartaal zijn er 6,9% meer woningen verkocht. De gemiddelde transactieprijs bedraagt in het 4e kwartaal 2015 € 211.071,=. T.o.v. een jaar geleden is de gemiddelde transactieprijs gedaald met 1,1% en t.o.v. het voorgaande kwartaal gestegen met 3,2%. De gemiddelde verkooptijd in de Gemeente Den Haag bedraagt in het 4e kwartaal 2015 80 dagen versus 91 dagen t.o.v. een jaar geleden.

In de Gemeente Delft is t.o.v. het 4e kwartaal 2014 een stijging in transacties (271 woningen) van 20,6%. In vergelijking met het 3e kwartaal 2015 zijn er 9,9% meer woningen verkocht. De gemiddelde verkoopprijs bedraagt in het 4e kwartaal 2015 € 214.751,=. T.o.v. een jaar geleden is dit een prijsstijging van 6,8% en t.o.v. het voorgaande kwartaal een prijsstijging van 6,2%. De gemiddelde verkooptijd bedraagt in het 4e kwartaal 2015 96 dagen versus 123 dagen t.o.v. een jaar geleden.

In het Westland zijn t.o.v. het 4e kwartaal 2014 8% minder woningen verkocht (178 woningen). T.o.v. van het voorgaande kwartaal zijn er 6,5% minder woningen verkocht. Het Westland laat een prijsstijging zien van 4,2% t.o.v. een jaar geleden en t.o.v. het voorgaande kwartaal een stijging van 3,9%. De gemiddelde transactieprijs is € 241.932,= en de gemiddelde verkooptijd bedraagt 108 dagen versus 141 dagen in het 4e kwartaal 2014.

In de Gemeente Rijswijk is t.o.v. het 4e kwartaal 2014 het aantal verkopen gestegen met 36,9% (167 woningen)) en t.o.v. het voorgaande kwartaal zijn er 30,4% meer woningen verkocht. De prijzen t.o.v. een jaar geleden zijn gestegen met 10,3% en t.o.v. het voorgaande kwartaal gestegen met 1,2%. De gemiddelde transactieprijs bedraagt momenteel € 196.693,=. De gemiddelde verkooptijd bedraagt 127 dagen versus 164 dagen in het 4e kwartaal 2014.

In de Gemeente Wassenaar is t.o.v. het 4e kwartaal 2014 het aantal verkopen gedaald met 3,3% (83 woningen) en t.o.v. het voorgaande kwartaal zijn er 2,2% minder woningen verkocht. De prijzen t.o.v. een jaar geleden zijn gestegen met 8,1% en t.o.v. het voorgaande kwartaal gestegen met 3,3%. De gemiddelde transactieprijs bedraagt momenteel € 537.847,=. De gemiddelde verkooptijd bedraagt 157 dagen versus 207 dagen in het 4e kwartaal 2014.

In de Gemeente Zoetermeer is t.o.v. het 4e kwartaal 2014 het aantal verkopen gestegen met 22,1% (344 woningen) en t.o.v. het voorgaande kwartaal zijn er 15,5% meer woningen verkocht. De prijzen t.o.v. een jaar geleden zijn gestegen met 5,7% en t.o.v. het voorgaande kwartaal gestegen met 0,4%. De gemiddelde transactieprijs bedraagt momenteel € 199.911,=. De gemiddelde verkooptijd bedraagt 104 dagen versus 153 dagen in het 4e kwartaal 2014.

In de Gemeente Leidschendam-Voorburg is t.o.v. het 4e kwartaal 2014 het aantal verkopen gedaald met 2,9% (250 woningen) en t.o.v. het voorgaande kwartaal gedaald met 5,5%. De prijzen t.o.v. een jaar geleden zijn gestegen met 4% en t.o.v. het voorgaande kwartaal gestegen met 2,4%. De gemiddelde transactieprijs bedraagt momenteel € 253.739,=. De gemiddelde verkooptijd bedraagt 84 dagen versus 86 dagen in het 4e kwartaal 2014.

In de Gemeente Pijnacker-Nootdorp is t.o.v. het 4e kwartaal 2014 het aantal verkopen gestegen met 24,4% (113 woningen) en t.o.v. het voorgaande kwartaal zijn er 14,3% meer woningen verkocht. De prijzen t.o.v. een jaar geleden zijn gestegen met 9% en t.o.v. het voorgaande kwartaal gestegen met 5,8%. De gemiddelde transactieprijs bedraagt momenteel € 266.948,=. De gemiddelde verkooptijd bedraagt 92 dagen versus 163 dagen in het 4e kwartaal 2014.

In de Gemeente Lansingerland (Berkel en Rodenrijs, Bergschenhoek en Bleiswijk) is t.o.v. het 4e kwartaal 2014 het aantal verkopen gestegen met 18,6% (111 woningen) en t.o.v. het voorgaande kwartaal zijn er 0,5% minder woningen verkocht. De prijs t.o.v. een jaar geleden is gestegen met 10,2% en t.o.v. het voorgaande kwartaal gestegen met 12,9%. De gemiddelde transactieprijs bedraagt momenteel € 289.102,=. De gemiddelde verkooptijd bedraagt 113 dagen versus 198 dagen in het 4e kwartaal 2014.



- Pascal de Roo gebruik makend van bron: NVM -

vrijdag 8 januari 2016

Asbestdaken moeten weg zijn in 2024




Het houden van asbestdaken is vanaf 1 januari 2024 verboden. Eigenaren van asbestdaken moeten in de periode 2016-2024 het asbestdak laten verwijderen.

U kunt subsidie aanvragen voor het verwijderen van het asbestdak. Particulieren, (agrarische) ondernemingen, non-profit organisaties of overheden komen hiervoor in aanmerkingen.

Meer info



- Pascal de Roo gebruik makend van bron: NVM -

donderdag 7 januari 2016

Huurverhogingen - Als er één schaap over de dam is...




Huurders van sociale woningen met hogere inkomens moeten ook de komende jaren rekening houden met aanzienlijke huurstijgingen. Dat zegt Marien de Langen van de Amsterdamse woningcorporatie Stadgenoot. ‘We moeten er veel scherper op zijn dat onze sociale woningen zijn bedoeld voor mensen met een laag inkomen.’ De gemiddelde wachttijd in Amsterdam is acht jaar.

Stadgenoot is met 32.000 woningen een van de grootste corporaties van Amsterdam. Een kwart van de huurders heeft een inkomen boven modaal (€35.000). Zo’n 15% verdient zelfs meer dan €45.000. Het aandeel scheefwoners bij Stadgenoot komt ongeveer overeen met het landelijk gemiddelde voor woningcorporaties. Een gemiddelde sociale huurwoning in Amsterdam kost €465 per maand.

De Tweede Kamer behandelt maandag de nieuwe Wet doorstroming woningmarkt die ertoe moet leiden dat de wachtlijsten voor een sociale woning verminderen. Dit moet gebeuren door meer tijdelijke wooncontracten toe te staan. Ook moeten de huren van scheefwoners harder kunnen stijgen dan gemiddeld. D66-Kamerlid Wouter Koolmees wees er eerder op dat de helft van de scheefwoners slechts 50% tot 70% van de wettelijk toegestane maximale huur betaalt.

Mordicus tegen

De landelijke huurdersvereniging Woonbond is mordicus tegen inkomensafhankelijke huurverhoging. De afgelopen jaren kregen huurders met een inkomen boven modaal huurstijgingen van zo’n 4% per jaar opgelegd. De bond sloot vorig jaar met de branchevereniging van woningcorporaties Aedes een akkoord om de huren vanaf dit jaar gemiddeld met maximaal 1% boven inflatie te laten stijgen.

Het kabinet heeft dit akkoord overgenomen, maar biedt corporaties in de nieuwe wet ook de mogelijkheid om op regionaal niveau een uitzondering te maken voor inkomens boven €39.000 per jaar. Als corporaties met een gemeente overeenkomen deze extra huuropbrengst in nieuwbouw van sociale woningen te investeren, mogen de huren naar verwachting wederom met 4% boven inflatie worden verhoogd. De Langen: ‘We zullen daar zeker gebruik van maken, want meer middelen betekent meer sociale huurwoningen bouwen.’


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: FD -

maandag 4 januari 2016

De overheid heeft veel hypotheekregels aangepast

De overheid verandert de regels voor hypotheken, zodat minder woningbezitters in financiële problemen komen.



Wijziging hypotheekrenteaftrek 4e schijf
De maximale hypotheekrenteaftrek in de hoogste belastingschijf gaat jaarlijks met een half procent omlaag. Op 1 januari 2015 is het maximale belastingtarief waartegen hypotheekrente kan worden afgetrokken verlaagd van 51,5% in 2014 naar 51,0%. In 2016 wordt dit percentage verder verlaagd naar 50,5%.

Maximale hypotheek afhankelijk van waarde woning
U kunt in 2015 een hypotheek afsluiten tot 103% van de waarde van uw koophuis. In 2016 is dit percentage 102%. Dit heet de Loan-to-Value. Loan-to-Value is de verhouding tussen de hoogte van de lening en de waarde van het huis.

2018: maximaal hypotheekbedrag 100% waarde huis
Tot 2018 verlaagt de overheid de Loan-to-Value stapsgewijs naar 100% (inclusief overdrachtsbelasting). Dit betekent dat u vanaf 2018 geen hogere hypotheek meer kan krijgen dan de waarde van het koophuis.

Hogere lening mogelijk bij energiebesparende maatregelen
Een hogere hypotheek blijft wel mogelijk als u energiebesparende maatregelen wilt meefinancieren. Zoals dakisolatie, energiezuinige kozijnen en deuren en zonneboilers. De extra ruimte hiervoor gaat in 2015 omhoog van € 8.000 naar € 9.000. Het hypotheekbedrag dat eigenaren van een 'nul op de meter'-woning extra kunnen lenen wordt in 2015 verhoogd van € 13.500 naar € 25.000. In 2016 wordt dit bedrag €27.000.

Hogere hypotheek voor tweeverdieners
Vanaf 1 januari 2016 krijgen tweeverdieners de mogelijkheid om iets meer geld te lenen voor de aankoop van een huis.

Tijdelijk hogere vrijstelling schenkbelasting vervallen per 1 januari 2015
Sinds 1 januari 2015 is de tijdelijk verruimde vrijstelling van de schenkbelasting (tot € 100.000) vervallen. De normale vrijstelling geldt weer. Daarmee kunnen ouders eenmalig tot € 52.752 belastingvrij schenken aan een kind tussen de 18 en 40 jaar. De ontvanger moet het geld wel gebruiken voor de aankoop of verbouwing van het eigen huis of de aflossing op een eigenwoningschuld.

Hogere vrijstelling schenkbelasting voor woning in aanbouw
Had u in 2014 een eigen woning in aanbouw en heeft u daarvoor een schenking gekregen? En is deze schenking nog niet helemaal besteed in 2014? Dan kunt u onder voorwaarden ook in 2015 nog gebruik maken van de tijdelijke verruiming van de schenkingsvrijstelling.

Hypotheekrenteaftrek alleen bij volledige aflossing
U krijgt sinds 1 januari 2013 alleen hypotheekrenteaftrek als u uw hypotheek in een looptijd van 30 jaar volledig en tenminste annuïtair aflost. Dat betekent dat u elke maand een vast bedrag aflost dat bestaat uit rente en aflossing. De regel geldt alleen voor nieuwe hypotheken en dus niet voor bestaande (gedeeltelijk) aflossingsvrije hypotheken.

Wijziging grensbedrag Nationale Hypotheek Garantie (NHG)
Op 1 juli 2015 is het grensbedrag voor het kopen van een woning met Nationale Hypotheek Garantie (NHG) omlaag gegaan van € 265.000 naar € 245.000. Op 1 juli 2016 daalt de bovengrens verder naar €225.000.

Hypotheekvoorwaarden starters versoepeld
Het kabinet heeft de hypotheekvoorwaarden voor starters versoepeld als zij een inkomensstijging verwachten. Bent u een starter en verwacht u binnen enkele maanden of jaren een verhoging van het salaris? Dan kunt u een ruimere hypotheek krijgen. De maatregel is ingegaan op 1 januari 2013.

Aftrek rente bij restschuld
Blijft u na verkoop van uw woning zitten met een restschuld? Dan mag u nog maximaal 15 jaar na de verkoopdatum de betaalde rente en financieringskosten aftrekken van de belasting. De aftrektermijn is per 1 januari 2015 verlengd van 10 naar 15 jaar.

De maatregel geldt voor restschulden die tussen 29 oktober 2012 en 31 december 2017 ontstaan. In de periode dat u nog recht heeft op aftrek hoeft u de lening niet af te lossen. De regeling is er ook voor huiseigenaren die na verkoop een woning gaan huren.

Restschulden meefinancieren onder Nationale Hypotheek Garantie
Wilt u verhuizen, maar verwacht u uw woning met verlies te verkopen? Dan is het soms mogelijk uw restschuld mee te financieren in een nieuwe hypotheek met Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Een belangrijke voorwaarde is dat zowel uw oude als uw nieuwe hypotheek onder de NHG vallen. Ook mogen de kosten voor uw nieuwe woning inclusief de restschuld niet hoger zijn dan de NHG-kostengrens van € 245.000. Op de site van de NHG staan alle voorwaarden om restschuld mee te financieren.

Verhuisregeling hypotheekrenteaftrek
Bent u verhuisd, maar heeft u uw vorige woning nog niet verkocht? Als u aan de voorwaarden voldoet, mag u ook deze woning tijdelijk als eigen woning opgeven. U mag dan de hypotheekrente van deze woning nog maximaal 3 jaar aftrekken van de belasting.

Heeft u een woning gekocht die in aanbouw is of nog leeg? Dan mag u de hypotheekrente maximaal 3 jaar aftrekken.

Aftrek na tijdelijke verhuur
De hypotheekrenteaftrek voor de te koop staande voormalige eigen woning kan opnieuw ingaan na een periode van tijdelijke verhuur. De aftrek blijft gelden tot de resterende termijn is verstreken.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Eufin -

zaterdag 2 januari 2016

Belasting 2016

Met de start van het nieuwe jaar, verandert er ook van alles voor uw persoonlijke financiële situatie.

Wij zetten de belangrijkste wijzigingen voor uw portemonnee op een rij.

Lager belastingtarief in tweede en derde belastingschijf
Over het inkomen van 19.922 euro tot 66.421 euro gaat iedereen minder belasting betalen. Het tarief van de tweede en derde belastingschijf gaat in 2016 omlaag van 42 naar 40,4 procent. 
Het tarief van de eerste belastingschijf (tot 19.922 euro) stijgt licht naar 36,55 procent.
Voor het hoogste deel van het inkomen blijft het bestaande tarief van 52 procent gelden. Maar dit tarief wordt pas vanaf 66.421 euro geheven. Dit jaar lag de grens nog op 57.585 euro.
De wijzigingen gelden alleen voor box 1: het inkomen uit werk en woning. Het eigenwoningforfait is een voorbeeld van inkomen uit de eigen woning. Een huizenbezitter moet dit bedrag, gebaseerd op een percentage van de WOZ-waarde, bij zijn inkomen optellen.

Arbeidskorting omhoog voor lagere inkomens
Werkenden krijgen in 2016 meer korting op de belasting die ze over hun salaris moeten betalen. De maximale arbeidskorting voor lagere inkomens is 3.103 euro. In 2015 lag dit bedrag op maximaal 2.220 euro.
Vanaf een inkomen van 34.015 euro wordt de arbeidskorting steeds lager naarmate iemand meer verdient. Mensen die minstens 111.590 euro verdienen, krijgen geen arbeidskorting meer.

Algemene heffingskorting wordt aangepast
De algemene heffingskorting wordt in 2016 ook aangepast. Iedereen die in Nederland woont en belastingplichtig is, heeft recht op deze korting. Het is een korting op de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen.
Mensen met een inkomen van meer dan 19.922 euro krijgen in 2016 minder korting op de belastingen en premies die zij moeten betalen. Hoe hoger het inkomen uit werk en woning, hoe lager de algemene heffingskorting uitvalt.
Voor deze groep wordt de algemene heffingskorting van 2.242 euro verminderd met 4,822 procent van een deel van het belastbaar inkomen. In 2015 ging er nog 2,32 procent van de algemene heffingskorting af.
Mensen met een inkomen vanaf 66.417 euro, krijgen in 2016 geen algemene heffingskorting meer.
Lagere inkomens krijgen juist meer korting op hun belastingen en premies. In 2016 gaat het om een bedrag van 2.242 euro, vorig jaar nog om 2.203 euro.
Voor gepensioneerden gelden lagere bedragen.

Minstverdienende partner ontvangt minder algemene heffingskorting
Mensen met een laag inkomen en een fiscale partner krijgen de algemene heffingskorting uitbetaald. Deze uitbetaling wordt in 2016 verder afgebouwd. 
De minstverdienende partner ontvangt nog maximaal 1.047 euro. Vorig jaar ging het nog om maximaal 1.175 euro. 
De afbouw geldt alleen voor mensen die na 31 december 1962 zijn geboren. Voor de rest geldt de algemene heffingskorting die hierboven is omschreven.

Werkende ouders met jonge kinderen krijgen meer korting
Werkende ouders die voor kinderen onder de twaalf jaar zorgen, kunnen in 2016 een hogere inkomensafhankelijke combinatiekorting krijgen. Dat is een korting op inkomstenbelasting en premies.
In 2016 gaat het om maximaal 2.769 euro. In 2015 was het maximumbedrag 2.152 euro.

Ouders ontvangen hogere kinderopvangtoeslag
In 2016 krijgen ouders voor het eerste en tweede kind een hogere toeslag voor de kinderopvang.
Dit kan voor werkende ouders met twee kinderen ruim 100 euro per maand schelen. Dit geldt bijvoorbeeld voor een gezin waarbij één ouder 40 uur per week werkt en de ander 24 uur. De kinderen in dit rekenvoorbeeld gaan drie hele dagen naar de opvang.
Ouders met een laag inkomen krijgen in 2016 maximaal 94 procent van de kosten voor kinderopvang vergoed. Daarnaast stijgen de maximale uurtarieven voor de dagopvang, buitenschoolse opvang en gastouderopvang in 2016 met 0,7 procent.
Kindgebonden budget en kinderbijslag stijgen ook
Ook stijgt het kindgebonden budget in 2016. Hoe hoog dat bedrag is, hangt af van het aantal kinderen en hun leeftijden, of de ouder alleenstaand is en van de hoogte van het toetsingsinkomen en het vermogen.
Daarnaast gaat ook de kinderbijslag omhoog. Voor kinderen tot en met vijf jaar stijgt het kwartaalbedrag naar 197,67 euro. Ouders krijgen 240,03 euro voor kinderen van zes tot en met elf jaar. Voor 12- tot en met 17-jarigen gaat het bedrag naar 282,39 euro. Deze bedragen zijn enkele euro's hoger dan in 2015.
Minimumloon wordt verhoogd
Het wettelijk minimumloon stijgt met bijna 17 euro naar 1.524,60 euro per maand. Dit brutobedrag geldt voor 23-plussers met een voltijdsbaan van 36, 38 of 40 uur per week.
Dit bedrag wordt van 1 januari tot 1 juli 2016 gehanteerd.

Uitkeringen stijgen mee met minimumloon
De uitkeringen stijgen met het minimumloon mee en worden ook per 1 januari verhoogd.
Het gaat om de uitkeringen die vallen onder de AOW, WW, Participatiewet (bijstandsuitkeringen), Anw (nabestaandenuitkering), Wajong (jonggehandicapten), WIA, WAO, ZW, IOAW en IOAZ (uitkeringen voor oudere, gedeeltelijk arbeidsongeschikten).

Hogere transitievergoeding na ontslag
Als iemand na een dienstverband van twee jaar of langer wordt ontslagen, dan krijgt diegene in 2016 een transitievergoeding van maximaal 76.000 euro. Als het jaarsalaris hoger is, dan wordt er een volledig jaarsalaris uitgekeerd.
In 2015 was de transitievergoeding nog maximaal 75.000 euro of een jaarsalaris. 
Duur, opbouw en hoogte WW veranderen
De maximale duur van de WW wordt vanaf 2016 stap voor stap ingekort. Elk kwartaal gaat er een maand af. Iemand die in januari, februari of maart wordt ontslagen, kan nog maximaal 37 maanden een werkloosheidsuitkering krijgen.
Ook bouwen werknemers minder WW-rechten op. In de eerste tien jaar bouwt een werknemer nog altijd een maand WW per gewerkt jaar op. Maar na tien jaar werken, komt er elk jaar nog maar een halve maand WW bij.

Zorgtoeslag voor alle ontvangers omhoog
Iedereen die recht heeft op zorgtoeslag, ontvangt in 2016 een hoger bedrag. In de meeste gevallen is het maandbedrag voor alleenstaanden 8 euro hoger dan in 2015. Voor mensen met een toeslagpartner gaat het bedrag in veel gevallen met 13 euro omhoog.

Kleine spaarders kunnen meer belastingvrij sparen
In 2016 hoeven kleine spaarders pas belasting te betalen als ze meer dan 24.437 euro aan vermogen hebben. Voor mensen met een fiscale partner geldt het dubbele bedrag. 
In 2015 lag de grens nog op 21.130 euro.

Hypotheeknormen voor tweeverdieners versoepeld
Vanaf 1 januari mogen tweeverdieners op basis van hun inkomen een hogere hypotheek afsluiten dan in 2015. De leennormen voor deze groep zijn versoepeld. Het inkomen van de minstverdienende partner telt zwaarder mee bij de berekening van het maximale hypotheekbedrag.
Het maximumbedrag voor inkomens onder de 45.000 euro gaat juist omlaag. Zij kunnen vanaf januari tot 2.000 euro minder lenen dan in 2015.

Hogere hypotheek mogelijk voor energieneutrale woning
Mensen kunnen vanaf januari 27.000 euro extra lenen voor de aanschaf van een energieneutrale woning.
In 2015 konden kopers van een nul-op-de-meter-woning nog een extra bedrag van 25.000 euro lenen.

Loan-to-value verder omlaag
Huizenkopers kunnen vanaf 1 januari minder lenen voor hun hypotheek. Ze mogen in 2016 een hypotheek afsluiten van maximaal 102 procent van de waarde van het huis. In 2015 mocht het nog maximaal 103 procent zijn.

De overheid verlaagt tot 2018 ieder jaar de zogenoemde loan-to-value: de verhouding tussen de hoogte van de lening en de waarde van het huis. Dit betekent dat huizenkopers meer zelf moeten bijleggen, omdat ze altijd meer kosten hebben dan alleen de koopsom. 

Hypotheekrenteaftrek gaat verder omlaag
De maximale hypotheekrenteaftrek in de hoogste belastingschijf gaat jaarlijks met 0,5 procentpunt omlaag. Per 1 januari mag een huizenbezitter in die schijf hypotheekrente aftrekken tegen het maximale tarief van 50,5 procent.
Het tarief wordt tot 2041 in stappen verlaagd naar 38 procent.
Milieubewuste huiseigenaren kunnen subsidie aanvragen
Het kabinet wil huiseigenaren stimuleren om energiebesparende maatregelen te nemen. Particulieren kunnen vanaf 4 januari subsidie aanvragen voor zonneboilers, warmtepompen, biomassaketels en palletkachels.
De hoogte van de subsidie is afhankelijk van het type apparaat. De subsidiebedragen lopen uiteen van enkele honderden tot duizenden euro's.

Maximale huurprijs voor aanvragen huurtoeslag bevroren
De maximale huurprijs waar huurtoeslag voor aangevraagd kan worden, wordt per 1 januari voor drie jaar bevroren. Drie jaar lang blijft de zogenoemde liberalisatiegrens op 710,68 euro liggen. 
Huurders van een duurdere woning komen niet in aanmerking voor huurtoeslag.

Inkomensgrens voor sociale huurwoning stijgt
In 2016 mag iemand met een inkomen van maximaal 35.739 euro een sociale huurwoning aangeboden krijgen. In 2015 gold een inkomensgrens van 34.911 euro.

In 2016 mag maximaal 20 procent van de sociale huurwoningen toegewezen worden aan mensen met een inkomen tot 38.950 euro. 
Energiebelasting verhoogd
De energiebelasting voor het verbuik van aardgas gaat per 1 januari omhoog. Het tarief voor elektriciteit gaat voor particulieren juist omlaag.
Een gemiddeld gezin is in 2016 zo'n 50 euro meer kwijt aan de energiebelasting.

Accijns over brandstof en andere producten verder omhoog
De overheid heft in 2016 hogere accijnstarieven over brandstof en een aantal andere producten. Vijftig liter benzine tanken wordt ongeveer 0,23 procent duurder dan in 2015. En vijftig liter diesel kost 0,14 euro meer. Verder zijn consumenten voor vijftig liter lpg 0,10 euro meer kwijt dan in 2015.
Daarnaast stijgt de verbruiksbelasting voor limonade, frisdrank, vruchtensappen, mineraalwater en bier met weinig alcohol naar 8,83 eurocent per liter. Voor vrijwel alle andere dranken met alcohol blijft het tarief gelijk.
De accijns van tabak gaat pas per 1 april omhoog.

Bijtelling voor auto van de zaak aangescherpt
In een aantal gevallen moeten automobilisten meer bijtelling betalen voor privégebruik van hun nieuwe auto van de zaak.
Het tarief voor wagens die geen CO2 uitstoten, blijft op 4 procent staan. Maar voor wagens die per kilometer 50 gram CO2 of minder uitstoten, moet 15 procent bijtelling betaald worden. Dat was in 2015 voor nieuwe auto's 7 procent.
Voor meer dan 50 gram tot 106 gram geldt in 2016 een percentage van 21 procent. En voor de hoogste categorie wordt het tarief van 25 procent gerekend.
In 2015 was er nog een extra categorie voor 50 gram tot 82 gram waar 14 procent bijtelling voor betaald moest worden. Zo'n auto valt in 2016 onder de bredere categorie van 21 procent.
Ook is de ondergrens van de hoogste categorie per 2016 verlaagd van tenminste 110 gram naar tenminste 106 gram.
De bijtelling is een percentage van de cataloguswaarde van de auto. De nieuwe percentages gelden alleen voor auto's die in 2016 op kenteken worden gezet. De bedragen blijven voor zestig maanden gelden.

Bpm in veel gevallen omhoog
Veel automobilisten gaan in 2016 meer bpm betalen. De hoogte van deze belasting voor personenauto's en motorrijwielen is afhankelijk van de CO2-uitstoot. 
De CO2-uitstootgrenzen voor benzine- en dieselauto's zijn door het kabinet aangescherpt. De tarieven voor de drie hoogste categorieën zijn verhoogd naar 124 euro, 239 euro en 478 euro per gram CO2 per kilometer.
Semi-elektrische auto's nog maar voor de helft vrijgesteld
Automobilisten met een personenauto die tussen de 1 en 50 gram CO2 per kilometer uitstoot, moeten per 1 januari de helft van de motorrijtuigenbelasting betalen. Tot 1 januari waren zij van deze belasting vrijgesteld.
Net als in 2015 hoeft er geen motorrijtuigenbelasting betaald te worden voor wagens die geen CO2 uitstoten. 

Ouderentoeslag vervalt
De ouderentoeslag vervalt per 2016. AOW'ers hoefden in 2015 over een groter deel van hun vermogen geen belasting te betalen. In 2016 vervalt deze extra vrijstelling en worden zij net zo behandeld als niet-AOW'ers.
De afschaffing van de ouderentoeslag heeft ook effect op andere inkomensafhankelijke regelingen, omdat het vermogen waarover belasting wordt betaald hoger uitvalt. Daardoor kunnen bijvoorbeeld de huurtoeslag en de eigen bijdrage voor de langdurige zorg anders uitvallen.
Het vervallen van de toeslag heeft alleen gevolgen voor mensen die in 2015 AOW ontvingen en daarnaast een inkomen van maximaal 20.075 euro en een vermogen van meer dan 24.437 euro hebben. 

AOW-leeftijd stijgt opnieuw
De AOW-leeftijd wordt per 1 januari 2016 met drie maanden verhoogd naar 65 jaar en zes maanden.
Dit betekent dat 65-jarigen nog zes maanden lang AOW-premies moeten afdragen en dat ze hun eerste AOW-uitkering een half jaar na hun 65e verjaardag ontvangen.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: