zaterdag 29 maart 2014

Wel of niet: voorlopig koopcontract inschrijven bij Kadaster

Wist u dat u zelf een ‘voorlopig’ koopcontract kunt inschrijven bij het Kadaster? In juridische termen heet dit Vormerkung. U wordt hierdoor geen eigenaar, dus de vraag is: “Waarom zou ik dit doen?”

Wij raden u aan om zelf een koopcontract in te schrijven als een van de volgende situaties zich voordoet:

U bent bang dat de verkoper het pand nog een keer aan iemand anders verkoopt. Door de inschrijving bij het Kadaster is in ieder geval duidelijk dat u de koper bent.

U denkt dat een schuldeiser van de verkoper mogelijk beslag gaat leggen op het pand. Door de inschrijving gaat uw kooprecht vóór het beslagrecht.

U vermoedt dat de overheid haar voorkeursrecht tot koop gaat neerleggen. Door de inschrijving hoort uw kooprecht voor te gaan.

Er zijn nog meer voordelen te bedenken. Er is echter ook een aantal redenen te bedenken waarom ‘voorlopige’ koopcontracten niet altijd worden ingeschreven.

Het inschrijven bij het kadaster kost geld. De werking van de inschrijving is zes maanden. Dit betekent dat er niet méér tijd mag zitten tussen het tekenen van het voorlopige koopcontract en het tekenen van de leveringsakte.

Elke situatie is anders. Daarom raden wij u aan om contact met ons op te nemen, zodat we u kunnen adviseren over het gehele aankoopproces van uw woning. Daarbij komt het inschrijven bij het Kadaster ook aan bod.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: notaris Heemskerk -

Belastingvrije schenking van € 100.000

U mag zoveel geld aan kinderen, andere familieleden of aan derden schenken als u wilt. Echter, wie de regels van het schenken kent, betaalt het minst aan schenkbelasting.

Daarnaast is het belangrijk om de gevolgen van uw schenking op langere termijn te overzien. De overheid heeft tijdelijk, van 1 oktober 2013 tot 1 januari 2015, de vrijstelling van schenkingen verhoogd tot 100.000 euro. U mag dus een ton aan uw kinderen schenken, zonder dat u daarover schenkbelasting betaalt.

De regeling is nog verder versoepeld: U mag aan iedereen deze schenking doen. Maar, dit bedrag moet dan wel gebruikt worden voor de aanschaf van een woning, voor de verlaging van de restschuld van de woning of de verbouwing daarvan. Enkelen van u zullen van deze nieuwe regeling gebruik willen maken. Hoe en wat? Neem contact met onze adviseurs op...

woensdag 26 maart 2014

Zonnepanelen vaak niet goed bevestigd

Een ophangsysteem voor zonnepanelen moet op een hellend dak altijd direct of indirect aan het constructieve deel van het dak(gording) worden bevestigd, al dan niet via de zogenoemde tengel. In de woningbouw, waar huizen vaak voorzien zijn van hellende daken, worden uit kostenoverwegingen ophangsystemen voor zonnepanelen vaak op een panlat of op het dakbeschot bevestigd.

Dit is risicovol omdat de panlat en het dakbeschot geen constructieve onderdelen van het dak zijn en daardoor de krachten die optreden door het eigen gewicht of de windbelasting van het zonnepaneel niet aankunnen. Dit kan leiden tot schade en onveilige situaties waarbij er delen van het dak kunnen vallen.

Dit risico wordt steeds groter omdat steeds meer huiseigenaren ervoor kiezen om stroom en/of warm water met behulp van zonne-energie op te wekken. TNO adviseert daarom huiseigenaren en bouwbedrijven om bij de montage van zonnepanelen alleen een montagesysteem te (laten) gebruiken dat direct of indirect aan het constructieve deel van het dak wordt bevestigd. Deze veilige alternatieven zijn in de markt beschikbaar.

Panlatten, tengels en dakbeschot
Panlatten zijn niet geschikt om dergelijk systemen aan te bevestigen. De sterkte en kwaliteit zijn vaak niet bekend en zijn uitsluitend geschikt voor het dragen van dakpannen. Het bevestigen van relatief zware zonne-energieproducten, waarbij de belasting vaak geconcentreerd aangrijpt, levert een groot risico op het breken van de lat. Panlatten zijn over het algemeen met nagels bevestigd aan de tengels. Ook die verbinding is niet berekend op de andere krachten dan het dragen van pannen, ook al zijn de tengels zelf goed bevestigd aan het constructieve deel van het dak. Afhankelijk van het soort dakbeschot kan of mag aan het dakbeschot(of plaat) geen directe sterkte worden ontleend. Bij een massiefhouten dakbeschot is dit geen probleem. Echter bij een dakbeschot van spaanplaat of een ander plaatmateriaal, is het zeer twijfelachtig of deze de extra belasting kunnen dragen.



- Pascal de Roo gebruik makend van bron: TNO -

dinsdag 25 maart 2014

Starterslening gaat wijzigen per 1 april

De SVn (Stimuleringsfonds Volkhuisvesting) voert per 1 april 2014 wijzigingen door met betrekking tot de Starterslening.
 
Looptijd
Ongeacht de hoofdsom wordt de looptijd van de Starterslening per 1 april 30 jaar. Voor april was er een looptijd van 8, 13 of 30 jaar mogelijk.

Definitie aanvrager

Per 1 april verandert de definitie van de aanvrager. Nu wordt naast de toekomstige eigenaar ook de medebewoner van de toekomstige woning als aanvrager van de Starterslening gezien. De tweede aanvrager wordt hierdoor wel schuldenaar van de lening, maar geen eigenaar van de woning. Deze situatie is onwenselijk. Volgens de nieuwe definitie is daarom alleen de aanstaande eigenaar van de woning de aanvrager van de Starterslening.

Hoogte Starterslening

Op dit moment neemt SVn voor het bepalen van de hoogte van de betaalcapaciteit het 15 jaar vaste rentetarief van SVn als uitgangspunt. De koopstarter vraagt vervolgens bij een geldgever een eerste geldlening aan waarbij de rente ten minste 10 jaar vaststaat. In de praktijk blijkt dat in vrijwel alle gevallen gekozen wordt voor een 10 jaar vaste rente bij de eerste geldgever. Hierdoor is er in sommige gevallen een hogere Starterslening verstrekt dan eigenlijk nodig, omdat er meer geleend kan worden bij de eerste geldgever.

Om deze reden is er besloten de regeling per 1 april aan te passen. Voor de bepaling van de betaalcapaciteit wordt niet langer het 15 jaar vaste rentetarief van SVn als uitgangspunt genomen, maar de door de banken gepubliceerde 10 jaar vaste marktrente. Voor de Starterslening blijft het 15 jaar vaste rentetarief van SVn van toepassing. Het gevolg is dat de hoogte van de Starterslening mogelijk lager uitvalt. De koopstarter kan nog steeds zijn/haar toekomstige woning financieren, maar leent meer bij de eerste hypotheekverstrekker. Uiteraard binnen de normen van de Nationale Hypotheek Garantie.

Laadpaal verzekeren

Oplaadunit
Om een elektrische auto op te laden zijn er twee soorten oplaadunits: een mobiele en een vaste unit. Hoe kunt u deze units verzekeren?


Mobiele oplaadunit
Om de accu van de auto altijd en overal te kunnen opladen, biedt een mobiele oplaadunit uitkomst. Maatschappijen zien een dergelijke unit als accessoire van de personenauto. Bij de berekening dient u dan ook bij ‘Accessoires’ de waarde van de mobiele oplaadunit in te voeren. Op de polis wordt een speciale clausule geplaatst.


Schade als gevolg van een beschadiging of verlies van een mobiele unit, valt onder de dekking Beperkt Casco of Volledig Casco van de personenautoverzekering.


Vaste unit (laadpaal)
Een vaste unit maakt geen deel uit van de auto, maar is verbonden met de grond of een paal. Daarom biedt de personenautoverzekering geen dekking. U kunt deze verzekeren via de woonhuisverzekering; schade of verlies aan de vaste oplaadunit zijn dan gedekt. Bij een huurhuis is de vaste unit bij de meeste maatschappijen verzekerd als huurdersbelang.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Kelly, afd. ZO verzekeringen -

Wanneer ben je fiscaal partners?

Je bent getrouwd.

Je bent geregistreerd partner.

Je bent ongetrouwd en je staat allebei op hetzelfde adres ingeschreven bij de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA), jullie zijn allebei meerderjarig en hebben samen een notarieel samenlevingscontract afgesloten.

Je bent ongetrouwd en je staat allebei op hetzelfde adres in de GBA ingeschreven en je voldoet aan één van de volgende voorwaarden:

Je hebt samen een kind.

Eén van jullie heeft een kind van de ander erkend.

Je bent bij een pensioenfonds aangemeld als pensioenpartners.

Je bent samen eigenaar van een eigen woning.

Op je adres staat ook een minderjarig kind van één van jullie beiden ingeschreven (samengesteld gezin). Let op: geldt deze situatie voor jou? Maar is er sprake van verhuur op zakelijke gronden? Dan ben je geen fiscale partners. Je moet dan een schriftelijke huurovereenkomst hebben.

Je was het jaar ervoor al fiscale partners.

Maar één fiscale partner
Je kunt maar één fiscale partner tegelijk hebben. Zijn er meer personen die op hetzelfde moment je fiscale partner kunnen zijn? Dan is de volgorde van de hierboven genoemde voorwaarden belangrijk. Het gaat om de 1e van die voorwaarden waaraan je voldoet.

Voorbeeld
Je bent getrouwd, woont samen met een andere partner en hebt samen met die andere partner een kind. Dan is degene met wie je getrouwd bent, je fiscale partner. De voorwaarde ‘Je bent getrouwd’ staat namelijk vóór de voorwaarde ‘Je bent ongetrouwd en staat allebei op hetzelfde adres in de GBA ingeschreven en je hebt samen een kind’.

Let op!
Woonde je in 2012 of 2013 samen met je kind of met je vader of moeder? Dan ben je in dat jaar alleen fiscale partners als je het jaar ervoor op 31 december allebei 27 jaar of ouder was.

Wanneer begint je fiscaal partnerschap?

Als je getrouwd of geregistreerd partner bent
Ben je het hele jaar getrouwd of geregistreerd partners? Dan ben je het hele jaar fiscale partners.
Trouw je tijdens het jaar? Dan ben je vanaf de trouwdatum fiscale partners.
Ben je tijdens het jaar getrouwd en woonde je daarvoor al met je partner samen? En sta je allebei op hetzelfde adres bij de gemeente ingeschreven? Dan ben je fiscale partners vanaf het moment dat je op hetzelfde adres staat ingeschreven.

Als je ongetrouwd bent en op hetzelfde adres ingeschreven staat
Ga je tijdens het jaar ongetrouwd samenwonen en voldoe je aan één van de andere voorwaarden voor fiscaal partnerschap (zie hierboven)? Je fiscaal partnerschap begint op het moment dat je allebei op hetzelfde adres staat ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

Stond je al vóór 1 januari samen ingeschreven? Dan ben je fiscale partners vanaf 1 januari.

Sluit je dit jaar een notarieel samenlevingscontract, krijg je samen een kind of erkent één van jullie een kind van de ander, koop je samen een eigen woning of meld je je partner in 2012 of 2013 aan voor jouw pensioen? Dan ben je vanaf dat moment fiscale partners.

Sta je het hele jaar samen ingeschreven op hetzelfde adres? Dan ben je het hele jaar fiscale partners.

Wanneer eindigt je fiscaal partnerschap?

Als je getrouwd bent en je gaat scheiden

8 Tips voor de inhoud van een testament na een scheiding

Ga je in 2012 of 2013 scheiden? Je blijft fiscale partners tot je aan de volgende twee voorwaarden voldoet:

Jij hebt of je echtgenoot heeft echtscheiding of scheiding van tafel en bed aangevraagd bij de rechter.

Je staat niet meer samen op hetzelfde adres ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA).

Als je niet getrouwd bent en je staat samen op hetzelfde adres ingeschreven

Ben je niet getrouwd, maar woon je samen of heb je een huisgenoot? En ben je volgens de voorwaarden fiscale partners? Je fiscaal partnerschap eindigt op het moment dat je niet meer allebei op hetzelfde adres staat ingeschreven in de GBA.

Bent u fiscale partners, en wordt één van jullie beiden opgenomen in een verpleeghuis of verzorgingstehuis? En eindigt daardoor de inschrijving in de GBA? Dan blijf je fiscale partners, tenzij:

jij of je partner de Belastingdienst per brief laat weten geen fiscale partners meer te willen zijn;
één van jullie beiden een andere fiscale partner krijgt.

Fiscaal partnerschap; een overzicht


JE BENT GETROUWD OF GEREGISTREERD PARTNER
WEL/GEEN FISCALE PARTNERS
Je bent getrouwd. Je bent fiscale partners.

Je bent geregistreerd partner. Je bent fiscale partners.


JE BENT GESCHEIDEN OF GAAT SCHEIDEN
WEL/GEEN FISCALE PARTNERS
Je leeft duurzaam gescheiden, maar je hebt nog geen verzoek tot scheiding ingediend. Je bent fiscale partners.

Je bent nog niet gescheiden, maar je hebt een verzoek tot scheiding ingediend, en je staat op hetzelfde adres ingeschreven als je echtgenoot. Je bent fiscale partners.

Je hebt een verzoek tot scheiding van tafel en bed ingediend, maar je staat op hetzelfde adres ingeschreven als je echtgenoot. Je bent fiscale partners.

Je bent nog niet gescheiden, maar je hebt een verzoek tot scheiding ingediend, en je staat op een ander adres ingeschreven als je echtgenoot. Je bent geen fiscale partners.

Je hebt een verzoek tot scheiding van tafel en bed ingediend, en je staat op een ander adres ingeschreven als uw echtgenoot. Je bent geen fiscale partners.

Je bent gescheiden, maar je staat het hele jaar op hetzelfde adres ingeschreven als je ex-echtgenoot. Je bent fiscale partners.

Je bent gescheiden, en je staat het hele jaar op een ander adres ingeschreven als je ex-echtgenoot. Je bent geen fiscale partners.


JE WOONT ONGETROUWD SAMEN
WEL/GEEN FISCALE PARTNERS
Je staat op hetzelfde adres ingeschreven, bent allebei meerderjarig en hebt samen een notarieel samenlevingscontract. Je bent fiscale partners.

Je staat op hetzelfde adres ingeschreven en hebt samen een kind. Je bent fiscale partners.

Je staat op hetzelfde adres ingeschreven en jij of je partner heeft een kind en de ander heeft dit kind erkend. Je bent fiscale partners.

Je staat op hetzelfde adres ingeschreven en bent samen eigenaar van een eigen woning. Je bent fiscale partners.

Je staat op hetzelfde adres ingeschreven en je bent aangemerkt als pensioenpartner van de ander. Je bent fiscale partners.

Je staat op hetzelfde adres ingeschreven en op je adres staat ook een minderjarig kind van één van jullie beiden ingeschreven. Je bent fiscale partners.

Je was het jaar ervoor al fiscale partners van elkaar. Je bent fiscale partners.

Je staat op hetzelfde adres ingeschreven en hebt samen een samenlevingscontract dat je niet bij de notaris hebt afgesloten.
Verder heb je samen geen kind, heb je geen kind van de ander erkend, staat geen minderjarig kind van één van jullie beiden ingeschreven, heb je samen geen eigen woning, ben je niet als pensioenpartner bij de ander aangemeld en was je het jaar ervoor geen fiscale partners. Je bent geen fiscale partners.

Je staat op hetzelfde adres ingeschreven, maar hebt geen samenlevingscontract. Verder heb je samen geen kind, heb je geen kind van de ander erkend, staat geen minderjarig kind van één van jullie beiden ingeschreven, heb je samen geen eigen woning, ben je niet als pensioenpartner bij de ander aangemeld, en was je het jaar ervoor geen fiscale partners. Je bent geen fiscale partners.
Je bent niet getrouwd of geregistreerd partner. Je staat niet op hetzelfde adres ingeschreven, maar je hebt wel samen met een ander een kind, of je hebt het kind van de ander erkend, of er staat een minderjarig kind van één van jullie beiden ingeschreven, of je hebt samen een eigen woning, of je bent bij een ander als pensioenpartner aangemeld, of je was het jaar ervoor al fiscale partners. Je bent geen fiscale partners.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Belastingdienst -

vrijdag 21 maart 2014

Startershypotheek 4,1% voor 20 jaar


Hypotrust komt vanaf 24 maart met de Goede Start Hypotheek: een hypothecaire lening met aflossing en NHG die speciaal is ontwikkeld voor starters op de woningmarkt.

Volgens Hypotrust combineert de Goede Start Hypotheek 'gunstige productvoorwaarden met verschillende aflosmogelijkheden'. De hypotheek is verkrijgbaar als annuïteitenhypotheek en als lineaire hypotheek. Voor een annuïteitenhypotheek met NHG en een rentevast periode van 20 jaar hanteert Hypotrust een tarief van 4,1%.

Bij de Goede Start Hypotheek is de geldigheid van de offerte vier maanden en dit is kosteloos te verlengen met maximaal zes maanden. "Tijd genoeg dus om ieder hypotheekdossier rond te krijgen", aldus Hypotrust.

Huizenprijs weer iets gedaald

Prijspeil woningen vergelijkbaar met 11 jaar geleden
Het Kadaster heeft de cijfers voor februari bekend gemaakt. Bestaande koopwoningen waren in februari 1,7 procent goedkoper dan in februari 2013. De prijsdaling ten opzichte van een jaar eerder is groter dan in januari, toen bestaande koopwoningen 0,5 procent goedkoper waren dan een jaar eerder.

Ondanks de lagere prijzen van bestaande woningen ten opzichte van een jaar eerder, is het niveau van de prijzen de laatste 8 maanden weinig veranderd. De index van het CBS en het Kadaster geeft de prijsontwikkeling weer van bestaande particuliere koopwoningen in Nederland.

Elf jaar geleden lagen de prijzen op hetzelfde niveau als in februari 2014. Ten opzichte van augustus 2008, toen de huizenprijzen een piek bereikten, bedroeg de prijsdaling 20,3 procent.



- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Kadaster

Meer woningen 'onder water'

Ruim 1,4 miljoen huishoudens hadden begin 2013 een fiscale hypotheekschuld die hoger was dan de waarde van de eigen woning. Een jaar eerder waren dit er nog 1,1 miljoen. Dit blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Sinds eind 2008 is aantal huizen dat onder water staat bijna verdrievoudigd. Begin vorig jaar bedroeg de onderwaarde gemiddeld € 62.000.

Op 1 januari 2013 bezaten bijna 4,3 miljoen huishoudens een eigen woning. Van hen had het merendeel -83%- een hypotheekschuld. Bij een groeiende groep overstijgt de fiscale hypotheekschuld de waarde van het huis, zo constateert ook het CBS, om daar aan toe te voegen dat er bij de onderwaarde geen rekening is gehouden met opgebouwde tegoeden bij spaar- en beleggingshypotheken.

Begin 2008 was nog bij 13% van de eigenwoningbezitters sprake van onderwaarde, begin 2013 was dat 34%. Ook het bedrag van de onderwaarde is gestegen: begin 2013 ging het gemiddeld om € 61 duizend per huishouden, tegen € 52.000 begin 2012.

Overwaarde
Daar staat tegenover dat 2,1 miljoen huishoudens begin 2013 nog een overwaarde hadden, bijna de helft van de groep woningeigenaren. Op 1 januari 2008 ging het nog om bijna driekwart -73%- van de eigenwoningbezitters. 720.000 huishoudens hadden begin vorig jaar geen hypotheekschuld. Dit aantal is van 2008 tot 2011 met ongeveer 170 duizend toegenomen en is sindsdien stabiel.

Restschuld
Bij ruim twee derde van de huishoudens met een woning met onderwaarde is de eigenaar jonger dan 45 jaar. De woningen vaak vlak voor de crisis gekocht en navenant is er nog niet veel van de hypotheekschuld afgelost. Het risico op restschuld bij gedwongen verkoop is volgens het CBS bij deze groep het grootst. Bij oudere huishoudens speelt dit nauwelijks. Begin 2013 had bijna 45% van de 65-plussers met een eigen woning geen hypotheekschuld en was slechts bij 3% sprake van onderwaarde.


- Pascal de Roo gebruik makend van bron: AMsignalen -

donderdag 13 maart 2014

Ook als je huurt, is een goede dekking slim

Als je een hypotheek afsluit word je, als dat in jouw situatie nodig is, gewezen op een overlijdensrisicoverzekering. Als je een woning huurt denk je niet snel aan het afsluiten een overlijdensrisicoverzekering.

Huur jij een woning? Dan is een overlijdensrisicoverzekering ook belangrijk. We leggen je graag uit waarom dit zo is.

Een overlijdensrisicoverzekering, ook als je huurt!
Een overlijdensrisicoverzekering is verstandig om af te sluiten als je een partner en/of kinderen hebt. Je wilt immers niet dat je partner/kinderen in financiële problemen komen als jij overlijdt en je inkomen dus (deels) wegvalt.

Zo wil je bijvoorbeeld niet dat zij moeten verhuizen omdat ze de huur niet meer kunnen betalen. Met het geld van een overlijdensrisicoverzekering kun ook zorgen dat je nabestaanden hun leven kunnen voortzetten zoals ze dat gewend zijn, zoals het volgen van een studie of het uitoefenen van hobby’s. Dit brengt allemaal kosten met zich mee. Het is van deze factoren afhankelijk voor welk bedrag je je verzekert en welke vorm overlijdensrisicoverzekering je kiest.

Overlijdensrisicoverzekering niet verplicht als je huurt
Je bent nooit verplicht om een overlijdensrisicoverzekering af te sluiten als je je woning huurt. Je gaat namelijk geen lening aan bij een bank, terwijl je dit bij een koophuis wel doet. Om die reden kun je bij een hypotheek wel verplicht worden om een overlijdensrisicoverzekering af te sluiten.

Ben jij op zoek naar een overlijdensrisicoverzekering?Wij maken graag een vergelijking voor je en bekijken welke overlijdensrisicoverzekering voor jou het voordeligst is. Voor een gering bedrag per maand, heeft u de financiële risico's voor uw partner afgedekt.

ZO verzekeringen
015-2154343





- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Independer -

zaterdag 8 maart 2014

Ook in 2015 gaat de pensioenopbouw omlaag

Na maanden van overleg en gesteggel hebben de coalitiepartijen VVD en PvdA toch een pensioenakkoord gesloten met enkele partijen van de oppositie. De pensioenopbouw wordt per 2015 verder verlaagd. De maximale fiscaal voordelige opbouw voor de middelloonregeling gaat van 2,15% van de pensioengrondslag in 2014 naar 1,875% in 2015. In de oorspronkelijke plannen was dat nog 1,75%.

De afspraken over de toekomst van het pensioen hebben de Tweede en de Eerste Kamer de afgelopen tijd behoorlijk bezig gehouden. De oorspronkelijke plannen voor de versobering van het pensioen konden niet rekenen op een meerderheid in de Eerste Kamer. Vooral de mate waarin het opbouwpercentage werd verlaagd, de onzekerheid over daling van de pensioenpremies en de vormgeving van de aanvullende regeling uit het sociaal akkoord bleken grote struikelblokken. Het wetsvoorstel werd daarom nog niet in stemming gebracht.

Hervorming pensioenopbouw moet zorgen voor lagere premies
Inmiddels zijn een aantal aanpassingen doorgevoerd in het wetsvoorstel die naar verwachting wel worden gesteund door beide Kamers. De nieuwe maatregelen zijn:
Het maximale opbouwpercentage voor middelloonregelingen gaat per 2015 1,875% bedragen in plaats van de eerder voorgestelde 1,75%. Op dit moment is het maximale opbouwpercentage voor een middelloonregeling nog 2,25%, maar in de praktijk blijkt dat een groot deel van de werknemers al minder opbouwt dan 2%.

De Nederlandsche Bank gaat er op toezien dat de hervorming van de pensioenopbouw daadwerkelijk leidt tot een daling van de pensioenpremies.

Het kabinet gaat onderzoeken of het uitvoerbaar is om werknemers het werknemersdeel van hun pensioenpremie te laten inzetten voor aflossing van hun hypotheek.

Er komt een vrijwillige collectieve pensioenregeling voor zzp’ers
Vanaf 2014 gaat het kabinet in gesprek over de toekomst van het pensioenstelsel op de lange termijn. De SER gaat hierover advies geven.

Pas later recht op premiekorting voor ouderen
Wat onveranderd blijft uit het oorspronkelijke wetsvoorstel is het voornemen om het pensioengevend inkomen af te toppen op € 100.000. Mensen met hogere inkomens kunnen straks op vrijwillige basis via een nettolijfrente pensioen bijsparen. Dit bedrag telt niet mee voor het box-3-vermogen. Om de voorgestelde verruimingen te bekostigen, gaat onder meer de grens voor de premiekorting voor oudere uitkeringsgerechtigden omhoog. Per 2015 kunt u bij het aannemen van oudere uitkeringsgerechtigden pas premiekorting krijgen als de werknemer 56 jaar of ouder is. Nu ligt de grens nog op 50 jaar.

Nu het opbouwpercentage bekend is, kunnen ook de percentages voor beschikbare premie herrekend worden.






- Pascal de Roo gebruik makend van bron: Rendement -

woensdag 5 maart 2014

Meldpunt open voor verkoop van sociale huurwoningen

Vereniging Eigen Huis (VEH) en de Nederlandse Vereniging voor Makelaars o.g. en vastgoeddeskundigen (NVM) hebben een meldpunt geopend waar kopers, verkopers en makelaars hun ervaringen kunnen delen met de verkoop van huurwoningen door woningcorporaties.

Sinds 1 oktober 2013 mogen corporaties bij de verkoop een hogere korting geven. Die kan oplopen tot 25 % van de marktwaarde. Mede aan de hand van de ervaringen uit het meldpunt willen VEH en de NVM bepalen welk effect dat heeft op de woningmarkt.
 
Uitgelezen kans voor kopers
De lage verkoopprijzen van corporatiewoningen leveren vooral voor starters een uitgelezen kans op om aan een eigen woning te komen. Het is in de huidige woningmarkt voor velen lastig om een passende financiering te krijgen. Bovendien is de kans om voor dezelfde woning als huurder in aanmerking te komen in hun situatie vaak uiterst klein. Door de hogere korting ligt een eigen woning eerder in het verschiet.
Slechtere concurrentiepositie voor particuliere verkopers
De keerzijde is dat door de lage verkoopprijzen van corporatiewoningen, particuliere huiseigenaren die hun huis in dezelfde buurt te koop hebben staan mogelijk gedwongen worden om hun vraagprijs overeenkomstig te verlagen. Zowel VEH als de NVM krijgen via hun achterban signalen binnen dat de kortingen die woningcorporaties hanteren (op lokaal niveau) tot prijsbederf leiden. Dit leidt tot oneerlijke concurrentie en een slechtere verkooppositie voor particuliere verkopers. Zij hebben vaak niet de mogelijkheid om hun prijs te verlagen omdat dit kan leiden tot een (grotere) restschuld.
Hogere korting sinds 1 oktober 2013
De verkoop van sociale huurwoningen is in de belangstelling komen te staan sinds minister Blok van Wonen de mogelijkheden om een korting te geven heeft verruimd. Woningcorporaties mogen sinds 1 oktober 2013 tot 25 % korting verlenen op de marktwaarde, waar dat eerst 10 % was. Tot die grens is in veel gevallen geen toestemming meer nodig van de minister.
In kaart brengen
Woningcorporaties zijn in toenemende mate actief met de verkoop van huurwoningen. De afgelopen jaren werden ieder jaar zo'n 14 à 15.000 sociale huurwoningen verkocht aan particulieren. In 2013 ging het bij 13 % van het totaal aantal verkooptransacties om de verkoop van een corporatiewoning. Mede als gevolg van de hogere korting op de aankoopprijs die sinds 1 oktober mogelijk is, is de verwachting dat het aantal verkopen van corporatiewoningen verder toeneemt. VEH en NVM willen de effecten daarvan op de woningmarkt in kaart brengen. Op basis van de ervaringen die bij het meldpunt binnenkomen van particulieren en makelaars hopen de organisaties daar een duidelijk beeld van te krijgen. VEH en de NVM zullen de resultaten voor de zomer bekendmaken.

Klik hier voor 'meldpunt'