woensdag 30 november 2016

Besparen op medicijnengebruik

medicijnen geldPatiënten krijgen de medicijnen die ze voor het eerst gebruiken voortaan voor maximaal 15 dagen mee. Er wordt eerst gekeken of het middel goed werkt, voordat apothekers middelen voor een langere periode meegeven. Als medicijnen meer kosten dan € 1.000,- per maand, worden de eerste 6 maanden niet voor langer dan 1 maand medicijnen meegegeven.

En in het geval van intensieve zorg thuis, bijvoorbeeld in de laatste fase van iemands leven, bepaalt de patiënt (of zijn naasten) met de betrokken zorgverleners welke medicijnen nodig zijn. En welke niet. Maatwerk is daarbij het uitgangspunt.

Met deze afspraken binden patiënten, artsen, apothekers, verpleegkundigen en zorgverzekeraars samen de strijd aan tegen de verspilling van medicijnen. Negen verschillende organisaties hebben hun handtekening gezet onder het ‘Akkoord Afspraken prescriptieregeling’. Minister Edith Schippers: ‘Het is zonde als medicijnen ongebruikt weggegooid moeten worden, zeker als dat door slimmer voorschrijven voorkomen kan worden. Ik ben blij met deze mooie stap.’

In de praktijk
Afgelopen zomer heeft de Stichting Farmaceutische Kerngetallen (SFK) een nulmeting gedaan. Daaruit bleek dat medicijnen bij eerste uitgifte nu nog in meer dan 20% van de gevallen voor meer dan 15 dagen worden meegegeven. In 2017 wordt de meting opnieuw uitgevoerd om te kijken wat de effecten van het akkoord zijn.

Meldpunt Verspilling
Het akkoord is een direct gevolg van het Meldpunt Verspilling dat minister Edith Schippers (Volksgezondheid) heeft ingesteld. Bij dit meldpunt zijn meer dan 22.500 meldingen binnengekomen. Veel van deze meldingen zijn afkomstig van mensen die medicijnen overhouden doordat deze voor te lange tijd worden voorgeschreven.

‘Artsen moeten eerst kijken of een medicijn aanslaat bij een patiënt, dus moeten ze niet 30 stuks voorschrijven. Bij mijn broer waren vaak medicatiewisselingen en hij had dozen van medicatie thuis die hij niet meer hoefde te gebruiken. Zonde voor de verspilling,’ schreef één van de melders.

Het akkoord is ondertekend door: Patiëntenfederatie Nederland, Federatie Medisch Specialisten (FMS), Vrijwillige Palliatieve Terminale Zorg Nederland (VPTZ), Zorgverzekeraars Nederland (ZN), Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV), Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP), Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (VenVN), Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) en Nederlandse Vereniging van ZiekenhuisApothekers (NVZA).

dinsdag 15 november 2016

Verklein de subsidie verschillen op de woonmarkt

Huishoudens met een te hoog inkomen voor een sociale huurwoning zijn aangewezen op het vrije huursegment als ze geen koopwoning kunnen of willen kopen. Dit is financieel onaantrekkelijk, want de vrije huursector is het enige deel van woningmarkt waar de overheid geen financiële ondersteuning biedt. Mede hierdoor woont slechts vijf procent van de Nederlandse huishoudens in het vrije huursegment.

De omvang kan worden vergroot door de subsidieverschillen voor koopwoningen, sociale huurwoningen en vrije huurwoningen te verkleinen. Om het commerciële aanbod van goedkopere huurwoningen te stimuleren, kan daarnaast worden overwogen om commerciële verhuurders uit te sluiten van de verhuurderheffing en nieuwe huurcontracten van commerciële verhuurders te liberaliseren.

Het vraagstuk van de vrije huursector is actueel, gezien de overwegingen om de hypotheeknormen verder aan te scherpen. De vraag of er iets moet gebeuren en welke maatregelen genomen moeten worden, is uiteindelijk aan de politiek. Dit concluderen Stefan Groot, Jan Möhlmann en Arjan Lejour van het Centraal Planbureau (CPB) in de vandaag verschenen Policy brief 'De positie van de middeninkomens op de woningmarkt'.

Huishoudens met een middeninkomen (een inkomen tussen de 35.000 en 50.000 euro) zijn vaker dan andere inkomensgroepen aangewezen op het vrije huursegment. Huurders in het vrije huursegment hebben hogere woonlasten zonder dat er een goede reden lijkt te zijn om deze groep anders te behandelen. Het verkleinen van subsidieverschillen voor de verschillende soorten woningen kan door een verdere afbouw van de hypotheekrenteaftrek. Ook kunnen de sociale huurprijzen meer marktconform worden gemaakt. Een andere mogelijkheid is om juist een subsidie te introduceren in het vrije huursegment. Als dit tegelijk gebeurt met een afbouw van de bestaande subsidies, leidt dit niet tot een toename van de subsidiëring. Anders geven we als samenleving (nog) meer geld uit aan wonen dan economisch gezien optimaal zou zijn.

Er is een tekort aan goedkopere huurwoningen doordat commerciële verhuurders deze woningen beperkt aanbieden. Het is om twee redenen voor commerciële verhuurders niet aantrekkelijk om deze woningen aan te bieden. Ten eerste zijn deze woningen gebonden aan maximale huren. Ten tweede moeten commerciële verhuurders met meer dan tien woningen een verhuurderheffing betalen voor huurwoningen die in aanmerking komen voor huurtoeslag. Vaak wordt gedacht dat er oneerlijke concurrentie ontstaat als de verhuurderheffing alleen voor commerciële verhuurders wordt vrijgesteld. Dat is niet zo, omdat woningcorporaties andere voordelen hebben ten opzichte van commerciële verhuurders. Woningcorporaties worden nu namelijk bevoordeeld via garantstellingen van de overheid en doordat ze vaak lagere prijzen voor bouwgrond hoeven te betalen.

Download hier het rapport: De positie van de middeninkomens op de woningmarkt

maandag 7 november 2016

Veel huizenkopers volgend jaar toch een lagere hypotheek


 Veel mensen kunnen volgend jaar toch minder lenen om een eigen huis te kopen. Positieve berichten over hogere hypotheken blijken lang niet voor iedereen op te gaan. Met name de grote groep huizenkopers die een hypotheek afsluit met een rente onder de 2% kan met ingang van het nieuwe jaar minder lenen. Vereniging Eigen Huis rekende de effecten van de nieuwe hypotheeknormen door.

Minder hypotheek bij lage rente
Veel starters kopen een huis met Nationale Hypotheekgarantie (NHG) en een rentevaste periode van 10 jaar of langer. De maximale hypotheek onder NHG-voorwaarden blijft volgend jaar met 245.000 euro ongewijzigd.

De rente van deze populaire hypotheken ligt vaak onder de 2% en daarmee kunnen kopers volgens de nieuwe normen straks minder lenen. Oorzaak hiervan zijn nieuwe tabellen om de maximale leenmogelijkheden te bepalen. Een lage hypotheekrente zorgt voor een lagere renteaftrek en die heeft invloed op het deel van het inkomen dat maximaal besteed mag worden aan de hypotheeklasten (de woonquote).

Bij een hypotheekrente van 1,75% kan een eenverdiener met een inkomen van Euro 35.000 volgend jaar Euro 8.164 minder lenen dan nu het geval is. Tweeverdieners met een gezamenlijk inkomen van Euro 40.000 kunnen dan bij hetzelfde rentepercentage Euro 9.331 minder hypotheek krijgen, ondanks dat het tweede inkomen voor een iets groter deel mag worden meegeteld.

Dit jaar nog een hypotheek, handel dan snel
Iedereen die nog onder de huidige voorwaarden zijn hypotheek wil afsluiten moet zorgen dat de aanvraag uiterlijk begin december bij de geldverstrekker binnen is. Dan sluiten banken hun loketten om de aanvragen om nog voor 31 december te kunnen afhandelen. Dit jaar kan een huizenkoper een hypotheekaanvraag doen tot 102% van de marktwaarde van de woning, volgend jaar kan maximaal 101% worden geleend. In 2018 loopt dat terug naar 100%. Kopers zullen dus steeds meer eigen geld moeten neerleggen bij de aankoop van een woning.